De profeten en boodschappers

Verzen over De profeten en boodschappers en de laatste van hen is profeet Mohammed

Verzen uit het Boek van Allah over De profeten en boodschappers en de laatste van hen is profeet Mohammed met prachtige recitatie en achtergrond afbeeldingen

    38-Sad 14
            
    En er was niemand onder hen, of hij loochende de Boodschappers, zodat Mijn bestraffing bewaarheid word.
    إِن كُلٌّ إِلَّا كَذَّبَ الرُّسُلَ فَحَقَّ عِقَابِ
    38-Sad 70
            
    Het is aan mij geopenbaard dat ik slechts een duidelijke waarschuwer ben.’
    إِن يُوحَىٰ إِلَيَّ إِلَّا أَنَّمَا أَنَا نَذِيرٌ مُّبِينٌ
    7-Al-A’raf 2
            
    (Dit is) een Boek dat aan jou (Moehammad) neergezonden is, laat er daarom geen bedruktheid in jouw borst zijn vanwege deze (Koran). (Hij is neergezonden) om ermee te waarschuwen, en is een vemaning voor de gelovigen.
    كِتَابٌ أُنزِلَ إِلَيْكَ فَلَا يَكُن فِي صَدْرِكَ حَرَجٌ مِّنْهُ لِتُنذِرَ بِهِ وَذِكْرَىٰ لِلْمُؤْمِنِينَ
    7-Al-A’raf 157-158
            
    (Zij zijn) degenen die de Boodschapper van Allah volgen, de ongeletterde Profeet waarover bij hen, in de Taurât en in de Indjîl, geschreven is. Hij beveelt hun het behoorlijke en hij verbiedt hun het verwerpelijke, en hij staat hun de goede dingen toe en bij verbiedt hun de slechte dingen. En bij bevrijdt hun van kun lasten en van de boeien die op hen rustten. Degenen die hem geloven, hem bijstaan en hem helpen en die het Licht (de Koran) volgen dat met hem is neergezonden, zij zijn degenen die welslagen.’
    الَّذِينَ يَتَّبِعُونَ الرَّسُولَ النَّبِيَّ الْأُمِّيَّ الَّذِي يَجِدُونَهُ مَكْتُوبًا عِندَهُمْ فِي التَّوْرَاةِ وَالْإِنجِيلِ يَأْمُرُهُم بِالْمَعْرُوفِ وَيَنْهَاهُمْ عَنِ الْمُنكَرِ وَيُحِلُّ لَهُمُ الطَّيِّبَاتِ وَيُحَرِّمُ عَلَيْهِمُ الْخَبَائِثَ وَيَضَعُ عَنْهُمْ إِصْرَهُمْ وَالْأَغْلَالَ الَّتِي كَانَتْ عَلَيْهِمْ ۚ فَالَّذِينَ آمَنُوا بِهِ وَعَزَّرُوهُ وَنَصَرُوهُ وَاتَّبَعُوا النُّورَ الَّذِي أُنزِلَ مَعَهُ ۙ أُولَٰئِكَ هُمُ الْمُفْلِحُونَ
            
    Zeg: ‘O mensen, voorwaar, ik ben de Boodschapper van Allah voor jullie allen. (Allah is) Degene aan Wie het Koninkrijk over de hemelen en de aarde behoort, geen god is er dan Hij. Hij doet leven en Hij doet sterven. Gelooft daarom in Allah en Zijn Boodschapper, de ongeletterde Profeet, die in Allah en Zijn Woorden gelooft, en volgt hem. Hopelijk zullen jullie Leiding volgen.’
    قُلْ يَا أَيُّهَا النَّاسُ إِنِّي رَسُولُ اللَّهِ إِلَيْكُمْ جَمِيعًا الَّذِي لَهُ مُلْكُ السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضِ ۖ لَا إِلَٰهَ إِلَّا هُوَ يُحْيِي وَيُمِيتُ ۖ فَآمِنُوا بِاللَّهِ وَرَسُولِهِ النَّبِيِّ الْأُمِّيِّ الَّذِي يُؤْمِنُ بِاللَّهِ وَكَلِمَاتِهِ وَاتَّبِعُوهُ لَعَلَّكُمْ تَهْتَدُونَ
    7-Al-A’raf 203
            
    En wanneer jij niet met een Vers tot hen komt, dan zeggen zij: ‘Had je er zelf niet een kunnen maken?’ Zeg: ‘Ik volg alleen dat wat aan Mij is geopenbaard van mijn Heer. Dit zijn de heldere bewijzen van jullie Heer en Leiding en Bamhartigheid voor een gelovig volk.’
    وَإِذَا لَمْ تَأْتِهِم بِآيَةٍ قَالُوا لَوْلَا اجْتَبَيْتَهَا ۚ قُلْ إِنَّمَا أَتَّبِعُ مَا يُوحَىٰ إِلَيَّ مِن رَّبِّي ۚ هَٰذَا بَصَائِرُ مِن رَّبِّكُمْ وَهُدًى وَرَحْمَةٌ لِّقَوْمٍ يُؤْمِنُونَ
    36-Ya-seen 3-6
            
    Voorwaar, jij (Mohammed) behoort zeker tot de gezanten.
    إِنَّكَ لَمِنَ الْمُرْسَلِينَ
            
    Op het rechte Pad.
    عَلَىٰ صِرَاطٍ مُّسْتَقِيمٍ
            
    (Deze Koran) als een neerzending van de Almachtige, de Meest Barmhartige.
    تَنزِيلَ الْعَزِيزِ الرَّحِيمِ
            
    Opdat jij een volk zal waarschuwen waarvan hun voorvaderen niet gewaarschuwd zijn, zodat zij achtelozen waren.
    لِتُنذِرَ قَوْمًا مَّا أُنذِرَ آبَاؤُهُمْ فَهُمْ غَافِلُونَ
    25-Al-Furqan 20
            
    En Wij zonden geen Boodschappers v??r jou, of zij aten voedsel en zij gingen op de markten rond. En Wij hebben sommigen van jullie tot een beproeving voor anderen gemaakt: zullen jullie geduld hebben? En jouw Heer is Alziende.
    وَمَا أَرْسَلْنَا قَبْلَكَ مِنَ الْمُرْسَلِينَ إِلَّا إِنَّهُمْ لَيَأْكُلُونَ الطَّعَامَ وَيَمْشُونَ فِي الْأَسْوَاقِ ۗ وَجَعَلْنَا بَعْضَكُمْ لِبَعْضٍ فِتْنَةً أَتَصْبِرُونَ ۗ وَكَانَ رَبُّكَ بَصِيرًا
    25-Al-Furqan 31
            
    En zo hebben Wij voor iedere Profeet een vijand gemaakt onder de misdadigers. Maar jouw Heer is voldoende als Leider en Helper.
    وَكَذَٰلِكَ جَعَلْنَا لِكُلِّ نَبِيٍّ عَدُوًّا مِّنَ الْمُجْرِمِينَ ۗ وَكَفَىٰ بِرَبِّكَ هَادِيًا وَنَصِيرًا
    25-Al-Furqan 56
            
    En Wij hebben jou slechts gestuurd als een brenger van verbeugende tijdingen en als een waarschuwer.
    وَمَا أَرْسَلْنَاكَ إِلَّا مُبَشِّرًا وَنَذِيرًا
    35-Fatir 4
            
    En als zij jou (O Moehammad) loochenen: voorzeker, de Boodschappers v??r jou werden ook geloochend. En tot Allah worden alle zaken teruggekeerd.
    وَإِن يُكَذِّبُوكَ فَقَدْ كُذِّبَتْ رُسُلٌ مِّن قَبْلِكَ ۚ وَإِلَى اللَّهِ تُرْجَعُ الْأُمُورُ
    35-Fatir 24-25
            
    Voorwaar, Wij hebben jou met de Waarheid gezonden, als een verkondiger van verheugende tijdingen en als een waarschuwer. En er was geen volk, of er verkeerde onder hen een waarschuwer.
    إِنَّا أَرْسَلْنَاكَ بِالْحَقِّ بَشِيرًا وَنَذِيرًا ۚ وَإِن مِّنْ أُمَّةٍ إِلَّا خَلَا فِيهَا نَذِيرٌ
            
    En als zij jou loochenen; zij loochenden ook degenen v??r hen: hun Boodschappers kwamen tot hen met duidelijke bewijzen, met de Schriften en met het verlichtende Boek.
    وَإِن يُكَذِّبُوكَ فَقَدْ كَذَّبَ الَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ جَاءَتْهُمْ رُسُلُهُم بِالْبَيِّنَاتِ وَبِالزُّبُرِ وَبِالْكِتَابِ الْمُنِيرِ
    19-Maryam 30
            
    Hij (‘Isa) zei: ‘Voorwaar, ik ben een dienaar van Allah. Hij heeft mij de Schrift gegeven en mij tot een Profeet gemaakt.
    قَالَ إِنِّي عَبْدُ اللَّهِ آتَانِيَ الْكِتَابَ وَجَعَلَنِي نَبِيًّا
    19-Maryam 58
            
    Zij zijn degenen die Allah begenadigd heeft onder de Profeten van de nakomelingen van Adam en degenen die Wij met Nôeh (in de ark) droegen en onder de nakomelingen van Ibrâhîm en Isrâ’îl en onder hen die Wij geleid en uitgekozen hebben. Wanneer aan ben de Verzen van de Barmhartige worden voorgedragen, buigen zij knielend neer en huilen.
    أُولَٰئِكَ الَّذِينَ أَنْعَمَ اللَّهُ عَلَيْهِم مِّنَ النَّبِيِّينَ مِن ذُرِّيَّةِ آدَمَ وَمِمَّنْ حَمَلْنَا مَعَ نُوحٍ وَمِن ذُرِّيَّةِ إِبْرَاهِيمَ وَإِسْرَائِيلَ وَمِمَّنْ هَدَيْنَا وَاجْتَبَيْنَا ۚ إِذَا تُتْلَىٰ عَلَيْهِمْ آيَاتُ الرَّحْمَٰنِ خَرُّوا سُجَّدًا وَبُكِيًّا ۩
    26-Ash-Shuara 193-194
            
    Met hem (de Koran) daalde de getrouwe Geest (Djibrîl) neer.
    نَزَلَ بِهِ الرُّوحُ الْأَمِينُ
            
    Op jouw hart (O Moehammad), opdat jij tot de waarschuwers behoort.
    عَلَىٰ قَلْبِكَ لِتَكُونَ مِنَ الْمُنذِرِينَ
    27-An-Naml 59
            
    Zeg (O Moehammad): ‘Alle lof zij Allah en vrede voor Zijn dienaren en degenen die Hij verkoos.’ Is Allah beter, of wat zij (Hem) aan deelgenoten toekennen?
    قُلِ الْحَمْدُ لِلَّهِ وَسَلَامٌ عَلَىٰ عِبَادِهِ الَّذِينَ اصْطَفَىٰ ۗ آللَّهُ خَيْرٌ أَمَّا يُشْرِكُونَ
    27-An-Naml 79
            
    Vertrouw daarom op Allah. Voorwaar, jij (O Moehammad) bent op (het Pad van) de duidelijke Waarheid.
    فَتَوَكَّلْ عَلَى اللَّهِ ۖ إِنَّكَ عَلَى الْحَقِّ الْمُبِينِ
    28-Al-Qasas 46
            
    En jij was niet op de zijkant van Thôer toen Wij riepen. Maar het is dank zij de Barmhartigheid van jouw Heer dat jij er bent om een volk, waartoe v??r jou geen waarschuwer kwam, te waarschuwen. Hopelijk zullen zij zich laten vermanen.
    وَمَا كُنتَ بِجَانِبِ الطُّورِ إِذْ نَادَيْنَا وَلَٰكِن رَّحْمَةً مِّن رَّبِّكَ لِتُنذِرَ قَوْمًا مَّا أَتَاهُم مِّن نَّذِيرٍ مِّن قَبْلِكَ لَعَلَّهُمْ يَتَذَكَّرُونَ
    28-Al-Qasas 59
            
    En jouw Heer was geen vernietiger van de steden v??rdat Hij tot hun hoofdstad een boodschapper had gestuurd die hen Onze verzen voordroeg. En Wij waren geen vernietiger van de stad, tenzij haar bewoners onrechtvaardig waren.
    وَمَا كَانَ رَبُّكَ مُهْلِكَ الْقُرَىٰ حَتَّىٰ يَبْعَثَ فِي أُمِّهَا رَسُولًا يَتْلُو عَلَيْهِمْ آيَاتِنَا ۚ وَمَا كُنَّا مُهْلِكِي الْقُرَىٰ إِلَّا وَأَهْلُهَا ظَالِمُونَ
    28-Al-Qasas 65
            
    En op die Dag zal Hij hen roepen, terwijl Hij zegt: ‘Wat is het dat jullie de Boodschappers hebben geantwoord?’
    وَيَوْمَ يُنَادِيهِمْ فَيَقُولُ مَاذَا أَجَبْتُمُ الْمُرْسَلِينَ
    17-Al-Isra 55
            
    En jouw Heer weet beter over wie er in de hemelen en (op) de aarde is. En Wij hebben sommige Profeten bevoorrecht boven andere Profeten, en Wij gaven Dâwôed de Zabôer
    وَرَبُّكَ أَعْلَمُ بِمَن فِي السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضِ ۗ وَلَقَدْ فَضَّلْنَا بَعْضَ النَّبِيِّينَ عَلَىٰ بَعْضٍ ۖ وَآتَيْنَا دَاوُودَ زَبُورًا
    17-Al-Isra 77
            
    (Dit was) de handelwijze van de Boodschappers die Wij v??r jou gezonden hebben en jij zult geen verandering in Onze handelwijze vinden.
    سُنَّةَ مَن قَدْ أَرْسَلْنَا قَبْلَكَ مِن رُّسُلِنَا ۖ وَلَا تَجِدُ لِسُنَّتِنَا تَحْوِيلًا
    17-Al-Isra 90-96
            
    En zij zeiden (tegen Moehammad): ‘Wij zullen jou nooit geloven, totdat jij voor ons een bron uit de aarde doet opwellen.
    وَقَالُوا لَن نُّؤْمِنَ لَكَ حَتَّىٰ تَفْجُرَ لَنَا مِنَ الْأَرْضِ يَنبُوعًا
            
    Of jij een tuin met dadelpalmen en druivenstruiken hebt, en dan overvloedige rivieren uit hun midden doet ontspringen.
    أَوْ تَكُونَ لَكَ جَنَّةٌ مِّن نَّخِيلٍ وَعِنَبٍ فَتُفَجِّرَ الْأَنْهَارَ خِلَالَهَا تَفْجِيرًا
            
    Of jij de hemel in stukken op ons neer doet vallen, zoals jij ons beweert, of jij Allah en de Engelen v??r ons brengt.
    أَوْ تُسْقِطَ السَّمَاءَ كَمَا زَعَمْتَ عَلَيْنَا كِسَفًا أَوْ تَأْتِيَ بِاللَّهِ وَالْمَلَائِكَةِ قَبِيلًا
            
    Of jij een huis van goud hebt, of naar de hemel opstijgt, en wij zullen jouw opstijging nooit geloven, totdat jij een boek ma ons neerzendt, dat wij kunnen lezen.’ Zeg (O Moehammad): ‘Heilig is mijn Heer, ik ben niets anders dan een menselijke Boodschapper.’
    أَوْ يَكُونَ لَكَ بَيْتٌ مِّن زُخْرُفٍ أَوْ تَرْقَىٰ فِي السَّمَاءِ وَلَن نُّؤْمِنَ لِرُقِيِّكَ حَتَّىٰ تُنَزِّلَ عَلَيْنَا كِتَابًا نَّقْرَؤُهُ ۗ قُلْ سُبْحَانَ رَبِّي هَلْ كُنتُ إِلَّا بَشَرًا رَّسُولًا
            
    En er was niets dat de mensen verhinderde te geloven tm de Leiding tot hen kwam, behalve dat zij zeiden: ‘Heeft Allah een menselijke Boodschapper neergezonden?’
    وَمَا مَنَعَ النَّاسَ أَن يُؤْمِنُوا إِذْ جَاءَهُمُ الْهُدَىٰ إِلَّا أَن قَالُوا أَبَعَثَ اللَّهُ بَشَرًا رَّسُولًا
            
    Zeg: ‘Wanneer er op de aarde Engelen waren die rustig rondliepen, dan zouden Wij een Engel tot hen als Boodschapper neergezonden hebben.’
    قُل لَّوْ كَانَ فِي الْأَرْضِ مَلَائِكَةٌ يَمْشُونَ مُطْمَئِنِّينَ لَنَزَّلْنَا عَلَيْهِم مِّنَ السَّمَاءِ مَلَكًا رَّسُولًا
            
    Zeg: ‘Allah is voldoende als Getuige tussen mij en jullie, en voorwaar Hij is Alwetend, Alziend over Zijn dienaren.’
    قُلْ كَفَىٰ بِاللَّهِ شَهِيدًا بَيْنِي وَبَيْنَكُمْ ۚ إِنَّهُ كَانَ بِعِبَادِهِ خَبِيرًا بَصِيرًا
    17-Al-Isra 105
            
    En met de Waarheid hebben Wij hem (de Koran) neergezonden en met de Waarheid is hij neergedaald. En Wij hebben jou niets anders dan als een verkondiger van goede tijdingen en als een waarschuwer gezonden.
    وَبِالْحَقِّ أَنزَلْنَاهُ وَبِالْحَقِّ نَزَلَ ۗ وَمَا أَرْسَلْنَاكَ إِلَّا مُبَشِّرًا وَنَذِيرًا
    10-Yunus 2
            
    Is het voor de mensen iets verwonderlijks dat Wij aan een man uit hun midden openbaarden: ‘Waschuw de mensen en verkondig verheugende tijdingen aan degenen die geloven: er is een eervolle plaats is bij hun Heer.” De ongelovigen zeggen: ‘Voorwaar, dit is zeker een duidelijke tovenaar.’
    أَكَانَ لِلنَّاسِ عَجَبًا أَنْ أَوْحَيْنَا إِلَىٰ رَجُلٍ مِّنْهُمْ أَنْ أَنذِرِ النَّاسَ وَبَشِّرِ الَّذِينَ آمَنُوا أَنَّ لَهُمْ قَدَمَ صِدْقٍ عِندَ رَبِّهِمْ ۗ قَالَ الْكَافِرُونَ إِنَّ هَٰذَا لَسَاحِرٌ مُّبِينٌ
    10-Yunus 15-16
            
    En wanneer Onze duidelijke Verzen aan hen worden voorgelezen, dan zeggen degenen die de ontmoeting met Ons niet verwachten: ‘Breng een andere Koren dan deze, of verander hem.’ Zeg: ‘Het past mij niet dat ik hem verander uit eigen wil, ik volg niets dan wat aan mij is geopenbaard. Voorwaar, ik vrees, wanneer ik mijn Heer ongehoorzaam ben, de bestraffing van een geweldige Dag.’
    وَإِذَا تُتْلَىٰ عَلَيْهِمْ آيَاتُنَا بَيِّنَاتٍ ۙ قَالَ الَّذِينَ لَا يَرْجُونَ لِقَاءَنَا ائْتِ بِقُرْآنٍ غَيْرِ هَٰذَا أَوْ بَدِّلْهُ ۚ قُلْ مَا يَكُونُ لِي أَنْ أُبَدِّلَهُ مِن تِلْقَاءِ نَفْسِي ۖ إِنْ أَتَّبِعُ إِلَّا مَا يُوحَىٰ إِلَيَّ ۖ إِنِّي أَخَافُ إِنْ عَصَيْتُ رَبِّي عَذَابَ يَوْمٍ عَظِيمٍ
            
    Zeg: ‘Als Allah het had gewild, dan had ik het niet aan jullie voorgedragen en had Hij hem niet aan jullie bekend gemaakt. En voorzeker, ik heb een leeftijd lang v??r hem (de Koran) temidden van jullie geleefd. Denken jullie dan niet na?’
    قُل لَّوْ شَاءَ اللَّهُ مَا تَلَوْتُهُ عَلَيْكُمْ وَلَا أَدْرَاكُم بِهِ ۖ فَقَدْ لَبِثْتُ فِيكُمْ عُمُرًا مِّن قَبْلِهِ ۚ أَفَلَا تَعْقِلُونَ
    10-Yunus 94
            
    Als jij dan in twijfel verkeert over wat Wij aan jou hebben neergezonden, vraag dan aan hen die de Schrift lezen (die) v??r jou (is geopenbaard). Voorzeker, de Waarheid van jouw Heer is tot jou gekomen, behoor daarom niet tot de twijfelaars.
    فَإِن كُنتَ فِي شَكٍّ مِّمَّا أَنزَلْنَا إِلَيْكَ فَاسْأَلِ الَّذِينَ يَقْرَءُونَ الْكِتَابَ مِن قَبْلِكَ ۚ لَقَدْ جَاءَكَ الْحَقُّ مِن رَّبِّكَ فَلَا تَكُونَنَّ مِنَ الْمُمْتَرِينَ
    11-Hud 2
            
    Opdat jullie slechts Allah aanbidden. Voorwaar, ik ben voor jullie een waarschuwer en een verkondiger van een verheugende tijding.
    أَلَّا تَعْبُدُوا إِلَّا اللَّهَ ۚ إِنَّنِي لَكُم مِّنْهُ نَذِيرٌ وَبَشِيرٌ
    11-Hud 12
            
    Misschien zou jij een gedeelte van wat aan jou geopenbaard is willen weglaten, en is jouw hart benauwd, omdat zij zeggen: ‘Waarom is er geen schat naar hem neergezonden, of is er geen Engel met hem gekomen?’ Voorwaar, jij bent slechts een waarschuwer en Allah is Bewaker van alle dingen.
    فَلَعَلَّكَ تَارِكٌ بَعْضَ مَا يُوحَىٰ إِلَيْكَ وَضَائِقٌ بِهِ صَدْرُكَ أَن يَقُولُوا لَوْلَا أُنزِلَ عَلَيْهِ كَنزٌ أَوْ جَاءَ مَعَهُ مَلَكٌ ۚ إِنَّمَا أَنتَ نَذِيرٌ ۚ وَاللَّهُ عَلَىٰ كُلِّ شَيْءٍ وَكِيلٌ
    12-Yusuf 3
            
    Wij vertellen jou het beste verhaal doordat Wij aan jou deze Koran openbaarden, hoewel jij daarvoor tot de onwetenden behoorde.
    نَحْنُ نَقُصُّ عَلَيْكَ أَحْسَنَ الْقَصَصِ بِمَا أَوْحَيْنَا إِلَيْكَ هَٰذَا الْقُرْآنَ وَإِن كُنتَ مِن قَبْلِهِ لَمِنَ الْغَافِلِينَ
    12-Yusuf 109
            
    Wij hebben v??r jou niemand gezonden, behalve mannen van de bewoners van de steden aan wie Wij openbaarden. Reizen zij dan niet rond op de aarde, zodat zij zien boe het einde was van degenen v??r hen? En het Huis van het Hiernamaals is beter voor degenen die (Allah) vrezen. Denken jullie dan niet na?
    وَمَا أَرْسَلْنَا مِن قَبْلِكَ إِلَّا رِجَالًا نُّوحِي إِلَيْهِم مِّنْ أَهْلِ الْقُرَىٰ ۗ أَفَلَمْ يَسِيرُوا فِي الْأَرْضِ فَيَنظُرُوا كَيْفَ كَانَ عَاقِبَةُ الَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ ۗ وَلَدَارُ الْآخِرَةِ خَيْرٌ لِّلَّذِينَ اتَّقَوْا ۗ أَفَلَا تَعْقِلُونَ
    15-Al-Hijr 10
            
    En voorzeker, Wij hebben (Boodschappers) voor jou gezonden naar de vroegere volkeren.
    وَلَقَدْ أَرْسَلْنَا مِن قَبْلِكَ فِي شِيَعِ الْأَوَّلِينَ
    6-Al-An’am 34
            
    En voorzeker, de Boodschappers van voor jou werden inderdaad geloochend en zij waren geduldig met het loochenen en de kwelling, totdat Onze hulp tot hen kwam. En er is niemand die de Woorden van Allah kan veranderen en voorzeker, er zijn al berichten over de Boodschappers tot jou gekomen.
    وَلَقَدْ كُذِّبَتْ رُسُلٌ مِّن قَبْلِكَ فَصَبَرُوا عَلَىٰ مَا كُذِّبُوا وَأُوذُوا حَتَّىٰ أَتَاهُمْ نَصْرُنَا ۚ وَلَا مُبَدِّلَ لِكَلِمَاتِ اللَّهِ ۚ وَلَقَدْ جَاءَكَ مِن نَّبَإِ الْمُرْسَلِينَ
    6-Al-An’am 48
            
    Wij hebben de Boodschappers slechts als brengers van verheugende tijdingen gestuurd an (als) waarschuwers; dus wie gelooft en oprecht is: voor hem is er geen angst en zij zullen niet treuren.
    وَمَا نُرْسِلُ الْمُرْسَلِينَ إِلَّا مُبَشِّرِينَ وَمُنذِرِينَ ۖ فَمَنْ آمَنَ وَأَصْلَحَ فَلَا خَوْفٌ عَلَيْهِمْ وَلَا هُمْ يَحْزَنُونَ
    6-Al-An’am 50
            
    Zeg: ‘Ik zeg jullie niet dat de schatten ven Allah bij mij zijn en niet dat ik het verborgene ken, en ik zeg jullie niet dat ik een Engel ben: ik volg slechts wat aan mij geopenbaard wordt.’ Zeg: ‘Zijn de blinden en de zienden gelijk? Denken jullie dan niet na?’
    قُل لَّا أَقُولُ لَكُمْ عِندِي خَزَائِنُ اللَّهِ وَلَا أَعْلَمُ الْغَيْبَ وَلَا أَقُولُ لَكُمْ إِنِّي مَلَكٌ ۖ إِنْ أَتَّبِعُ إِلَّا مَا يُوحَىٰ إِلَيَّ ۚ قُلْ هَلْ يَسْتَوِي الْأَعْمَىٰ وَالْبَصِيرُ ۚ أَفَلَا تَتَفَكَّرُونَ
    6-Al-An’am 74
            
    En (gedenkt) toen lbrahim tot zijn vader Azar zei: ‘Neem jij afgodsbeelden tot goden? Voorwaar, ik zie dat jij en jouw volk duidelijk in dwaling verkeren.’
    ۞ وَإِذْ قَالَ إِبْرَاهِيمُ لِأَبِيهِ آزَرَ أَتَتَّخِذُ أَصْنَامًا آلِهَةً ۖ إِنِّي أَرَاكَ وَقَوْمَكَ فِي ضَلَالٍ مُّبِينٍ
    6-Al-An’am 83-90
            
    En dat was Ons argument dat Wij Ibrâhîm tegen zijn volk gaven, Wij verheffen met graden wie Wij willen: voorwaar, jouw Heer is Alwijs, Alwetend.
    وَتِلْكَ حُجَّتُنَا آتَيْنَاهَا إِبْرَاهِيمَ عَلَىٰ قَوْمِهِ ۚ نَرْفَعُ دَرَجَاتٍ مَّن نَّشَاءُ ۗ إِنَّ رَبَّكَ حَكِيمٌ عَلِيمٌ
            
    En Wij schonken hem Ishaq en Ya’qoeb, allen leidden Wij, on ervoor leiden wij Noeh, en van zijn nageslacht Dawoed en Soelaiman en Ayyoeb en Yoesoef en Mocsa en Hârôen: en zo belonen Wij de weldoeners.
    وَوَهَبْنَا لَهُ إِسْحَاقَ وَيَعْقُوبَ ۚ كُلًّا هَدَيْنَا ۚ وَنُوحًا هَدَيْنَا مِن قَبْلُ ۖ وَمِن ذُرِّيَّتِهِ دَاوُودَ وَسُلَيْمَانَ وَأَيُّوبَ وَيُوسُفَ وَمُوسَىٰ وَهَارُونَ ۚ وَكَذَٰلِكَ نَجْزِي الْمُحْسِنِينَ
            
    En Zakariyya en Yahya en ‘Isa en Ilyas: allen behoorden tot de oprechten.
    وَزَكَرِيَّا وَيَحْيَىٰ وَعِيسَىٰ وَإِلْيَاسَ ۖ كُلٌّ مِّنَ الصَّالِحِينَ
            
    En Isma’îl en Al Yasa’ en Yoenoes en Loeth: allen hebben Wij boven de werelden bevoorrecht.
    وَإِسْمَاعِيلَ وَالْيَسَعَ وَيُونُسَ وَلُوطًا ۚ وَكُلًّا فَضَّلْنَا عَلَى الْعَالَمِينَ
            
    En van hun vaderen en hun nageslacht en hun broeders: Wij hebben hen verkozen en Wij leidden hen op een recht Pad.
    وَمِنْ آبَائِهِمْ وَذُرِّيَّاتِهِمْ وَإِخْوَانِهِمْ ۖ وَاجْتَبَيْنَاهُمْ وَهَدَيْنَاهُمْ إِلَىٰ صِرَاطٍ مُّسْتَقِيمٍ
            
    Dit is de Leiding van Allah, waarmee Hij van Zijn dienaren leidt wie Hij wil, maar als zij deelgenoten (aan Allah) toegekend hadden, was wat zij aan het doen waren vruchteloos geworden.
    ذَٰلِكَ هُدَى اللَّهِ يَهْدِي بِهِ مَن يَشَاءُ مِنْ عِبَادِهِ ۚ وَلَوْ أَشْرَكُوا لَحَبِطَ عَنْهُم مَّا كَانُوا يَعْمَلُونَ
            
    Zij zijn degenen die Wij de Schrift en de Wijsheid en het Profeetschap gaven en indien zij er ongelovig aan zijn: waarlijk, Wij vertrouwen het toe aan een volk dat er niet ongelovig aan is.
    أُولَٰئِكَ الَّذِينَ آتَيْنَاهُمُ الْكِتَابَ وَالْحُكْمَ وَالنُّبُوَّةَ ۚ فَإِن يَكْفُرْ بِهَا هَٰؤُلَاءِ فَقَدْ وَكَّلْنَا بِهَا قَوْمًا لَّيْسُوا بِهَا بِكَافِرِينَ
            
    Zij zijn degenen die Allah Leiding gaf: volgt dus hun leiding. Zeg: ‘Ik vraag U er geen beloning voor, het is slechts een vermaning voor de werelden.’
    أُولَٰئِكَ الَّذِينَ هَدَى اللَّهُ ۖ فَبِهُدَاهُمُ اقْتَدِهْ ۗ قُل لَّا أَسْأَلُكُمْ عَلَيْهِ أَجْرًا ۖ إِنْ هُوَ إِلَّا ذِكْرَىٰ لِلْعَالَمِينَ
    6-Al-An’am 130
            
    ‘O gemeenschap van djinn’s en mensen. zijn er uit jullie midden geen gezanten tot jullie gekomen die jullie Mijn Verzen bekendmaakten en die jullie waarschuwden voor de ontmoeting met deze Dag van jullie?” Zij zullen zeggen: ‘Wij getuigen tegen onszelf.’ Het wereldse leven heeft hen misleid en zij getuigen tegen zichzelf dat zij ongelovigen plachten te zijn.
    يَا مَعْشَرَ الْجِنِّ وَالْإِنسِ أَلَمْ يَأْتِكُمْ رُسُلٌ مِّنكُمْ يَقُصُّونَ عَلَيْكُمْ آيَاتِي وَيُنذِرُونَكُمْ لِقَاءَ يَوْمِكُمْ هَٰذَا ۚ قَالُوا شَهِدْنَا عَلَىٰ أَنفُسِنَا ۖ وَغَرَّتْهُمُ الْحَيَاةُ الدُّنْيَا وَشَهِدُوا عَلَىٰ أَنفُسِهِمْ أَنَّهُمْ كَانُوا كَافِرِينَ
    6-Al-An’am 161
            
    Zeg (O Moehammad): ‘Voorwaar, Mijn Heer heeft mij op een reht Pad geleid, de ware godsdienst, de godsdienst van Ibrâhîm, de Hanîf, en hij behoorde niet tot de veelgodenaanbidders.’
    قُلْ إِنَّنِي هَدَانِي رَبِّي إِلَىٰ صِرَاطٍ مُّسْتَقِيمٍ دِينًا قِيَمًا مِّلَّةَ إِبْرَاهِيمَ حَنِيفًا ۚ وَمَا كَانَ مِنَ الْمُشْرِكِينَ
    37-As-Saaffat 37
            
    Nee! Hij (Moehammad) is met de Waarheid gekomen en hij heeft de Gezondenen (de Profeten v??r hem) bevestigd.
    بَلْ جَاءَ بِالْحَقِّ وَصَدَّقَ الْمُرْسَلِينَ
    37-As-Saaffat 72
            
    En voorzeker hebben Wij uit hun midden waarschuwers gezonden,
    وَلَقَدْ أَرْسَلْنَا فِيهِم مُّنذِرِينَ
    37-As-Saaffat 181
            
    En vrede zij met de gezondenen.
    وَسَلَامٌ عَلَى الْمُرْسَلِينَ
    34-Saba 28
            
    En Wij hebben jou niet anders gezonden dan aan de gehele mensheid en als een verkondiger van verheugende tijdingen en als een waarschuwer. Maar de meeste mensen weten het niet.
    وَمَا أَرْسَلْنَاكَ إِلَّا كَافَّةً لِّلنَّاسِ بَشِيرًا وَنَذِيرًا وَلَٰكِنَّ أَكْثَرَ النَّاسِ لَا يَعْلَمُونَ
    34-Saba 44
            
    En Wij hebben ben geen boeken gegeven die zij bestudeerden. En Wij hebben v??r jou geen waarschuwer tot hen gezonden.
    وَمَا آتَيْنَاهُم مِّن كُتُبٍ يَدْرُسُونَهَا ۖ وَمَا أَرْسَلْنَا إِلَيْهِمْ قَبْلَكَ مِن نَّذِيرٍ
    34-Saba 46
            
    Zeg: ‘Voorwaar, ik vermaan jullie tot slechts één ding: dat jullie je gelweeën of alleen voor Allah opstellen en dan nadenken.’ Jullie metgezel (Moehammad) is niet bezeten; hij is slechts een waarschuwer voor jullie, voor een harde bestraffing.
    ۞ قُلْ إِنَّمَا أَعِظُكُم بِوَاحِدَةٍ ۖ أَن تَقُومُوا لِلَّهِ مَثْنَىٰ وَفُرَادَىٰ ثُمَّ تَتَفَكَّرُوا ۚ مَا بِصَاحِبِكُم مِّن جِنَّةٍ ۚ إِنْ هُوَ إِلَّا نَذِيرٌ لَّكُم بَيْنَ يَدَيْ عَذَابٍ شَدِيدٍ
    34-Saba 50
            
    Zeg: ‘Als ik dwaal, dan dwaal ik slechts in het nadeel van mijzelf, en als ik de Leiding volg, dan is dat door wat mijn Heer aan mij heeft geopenbaard,’ Voorwaar, Hij is Alhorend, nabij.
    قُلْ إِن ضَلَلْتُ فَإِنَّمَا أَضِلُّ عَلَىٰ نَفْسِي ۖ وَإِنِ اهْتَدَيْتُ فَبِمَا يُوحِي إِلَيَّ رَبِّي ۚ إِنَّهُ سَمِيعٌ قَرِيبٌ
    18-Al-Kahf 1
            
    Alle lof zij Allah, Degene Die aan zijn dienaar het Boek heeft gezonden, en Hij heeft daarin geen afwijkingen gemaakt.
    الْحَمْدُ لِلَّهِ الَّذِي أَنزَلَ عَلَىٰ عَبْدِهِ الْكِتَابَ وَلَمْ يَجْعَل لَّهُ عِوَجًا ۜ
    18-Al-Kahf 56
            
    En Wij zenden de Boodschappers slechts als verkondigers van goede tijdingen en waarschuwers. En degenen die ongelovig zijn twisten slechts op valse wijze om daarmee de Waarheid te vernietigen. En zij nemen Mijn Verzen en dat waarvoor gewaarschuwd werd, ter bespotting.
    وَمَا نُرْسِلُ الْمُرْسَلِينَ إِلَّا مُبَشِّرِينَ وَمُنذِرِينَ ۚ وَيُجَادِلُ الَّذِينَ كَفَرُوا بِالْبَاطِلِ لِيُدْحِضُوا بِهِ الْحَقَّ ۖ وَاتَّخَذُوا آيَاتِي وَمَا أُنذِرُوا هُزُوًا
    18-Al-Kahf 110
            
    Zeg: ‘Voorwaar, ik ben slechts een mens zoals jullie. Het is aan mij geopenbaard dat jullie god één God is. Wie daarom de ontmoeting met zijn Heer verwacht: laat hem goede daden verrichten en laat hem bij de aanbidding van zijn Heer niet één deelgenoot toekennen.’
    قُلْ إِنَّمَا أَنَا بَشَرٌ مِّثْلُكُمْ يُوحَىٰ إِلَيَّ أَنَّمَا إِلَٰهُكُمْ إِلَٰهٌ وَاحِدٌ ۖ فَمَن كَانَ يَرْجُو لِقَاءَ رَبِّهِ فَلْيَعْمَلْ عَمَلًا صَالِحًا وَلَا يُشْرِكْ بِعِبَادَةِ رَبِّهِ أَحَدًا
    16-An-Nahl 2
            
    Hij heeft de Engelen doen neerdalen met de Openbaring van Zijn bevel. naar wie Hij wil van Zijn dienaren, om te waarschuwen: ‘Er is geen God dan Ik, dus vreest Mij.’
    يُنَزِّلُ الْمَلَائِكَةَ بِالرُّوحِ مِنْ أَمْرِهِ عَلَىٰ مَن يَشَاءُ مِنْ عِبَادِهِ أَنْ أَنذِرُوا أَنَّهُ لَا إِلَٰهَ إِلَّا أَنَا فَاتَّقُونِ
    16-An-Nahl 35-36
            
    En degenen die (Allah) deelgenoten toekenden, zeiden: ‘Indien Allah gewild had, hadden wij niets naast Hem aanbeden, wij noch onze vaderen, en wij zouden naast (de verboden) van Hem niets verboden hebben.’ Zo deden degenen vôôr hen. En de Boodschappers zijn tot niets anders verplicht dan de duidelijke verkondiging.
    وَقَالَ الَّذِينَ أَشْرَكُوا لَوْ شَاءَ اللَّهُ مَا عَبَدْنَا مِن دُونِهِ مِن شَيْءٍ نَّحْنُ وَلَا آبَاؤُنَا وَلَا حَرَّمْنَا مِن دُونِهِ مِن شَيْءٍ ۚ كَذَٰلِكَ فَعَلَ الَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ ۚ فَهَلْ عَلَى الرُّسُلِ إِلَّا الْبَلَاغُ الْمُبِينُ
            
    En voorzeker. Wij hebben aan iedere gemeenschap een Boodschapper gezonden (die zei:) ‘Aanbidt Allah en houdt afstand van de Thagoet.’ En er zijn er onder hen die Allah leidde en er zijn er die Hij tot de dwaling veroordeelde. Reist dus op de aarde rond en zie boe het einde was van de loochenaars.
    وَلَقَدْ بَعَثْنَا فِي كُلِّ أُمَّةٍ رَّسُولًا أَنِ اعْبُدُوا اللَّهَ وَاجْتَنِبُوا الطَّاغُوتَ ۖ فَمِنْهُم مَّنْ هَدَى اللَّهُ وَمِنْهُم مَّنْ حَقَّتْ عَلَيْهِ الضَّلَالَةُ ۚ فَسِيرُوا فِي الْأَرْضِ فَانظُرُوا كَيْفَ كَانَ عَاقِبَةُ الْمُكَذِّبِينَ
    16-An-Nahl 43
            
    En v??r jou (O Moehammad) zonden Wij slechts mannen aan wie Wij openbaarden; vraag het dan am de bezitters van de kennis, indien jullie het niet weten.
    وَمَا أَرْسَلْنَا مِن قَبْلِكَ إِلَّا رِجَالًا نُّوحِي إِلَيْهِمْ ۚ فَاسْأَلُوا أَهْلَ الذِّكْرِ إِن كُنتُمْ لَا تَعْلَمُونَ
    16-An-Nahl 123
            
    Daarop openbaarden Wij aan jou (O Moehammad): ‘Volg de godsdienst van Ibrâhîm, Hanîf, en hij behoorde niet tot de veelgodenaanbidders.’
    ثُمَّ أَوْحَيْنَا إِلَيْكَ أَنِ اتَّبِعْ مِلَّةَ إِبْرَاهِيمَ حَنِيفًا ۖ وَمَا كَانَ مِنَ الْمُشْرِكِينَ
    14-Ibrahim 1
            
    Alif, Lam, Ra. (Dit is) een Boek dat Wij aan jou (O Moehammad) neergezonden hebben, opdat jij de mensen uit de duisternissen naar het licht zult voeren, met verlof van hun Heer, naar het Pad van de Almachtige, de Geprezene.
    الر ۚ كِتَابٌ أَنزَلْنَاهُ إِلَيْكَ لِتُخْرِجَ النَّاسَ مِنَ الظُّلُمَاتِ إِلَى النُّورِ بِإِذْنِ رَبِّهِمْ إِلَىٰ صِرَاطِ الْعَزِيزِ الْحَمِيدِ
    14-Ibrahim 4
            
    En Wij hebben geen Boodschapper gezonden, of (hij sprak) de taal van zijn volk, om hen een duidelijke uitleg te geven. Daarna doet Allah dwalen wie Hij wil, en leidt Hij wie Hij wil. En Hij is de Almachtige, de Alwijze.
    وَمَا أَرْسَلْنَا مِن رَّسُولٍ إِلَّا بِلِسَانِ قَوْمِهِ لِيُبَيِّنَ لَهُمْ ۖ فَيُضِلُّ اللَّهُ مَن يَشَاءُ وَيَهْدِي مَن يَشَاءُ ۚ وَهُوَ الْعَزِيزُ الْحَكِيمُ
    14-Ibrahim 9-11
            
    Is de geschiedenis van degenen voor jullie nog niet tot jullie gekomen, (over) het volk van Nôeh, en de ‘Ad en de Tsamoed en degenen na hen? Niemand kent hen behalve Allah. Hun Boodschappers kwamen tot hen met de duidelijke bewijzen, vervolgens bedekten zij met hun handen hun mond (vanwege hun verachting) en zeiden: ‘Voorwaar, wij geloven niet in dat, waarmee jullie gezonden zijn. En voorwaar, wij verkeren in ernstige twijfel over dat waar jullie ons toe oproepen.’
    أَلَمْ يَأْتِكُمْ نَبَأُ الَّذِينَ مِن قَبْلِكُمْ قَوْمِ نُوحٍ وَعَادٍ وَثَمُودَ ۛ وَالَّذِينَ مِن بَعْدِهِمْ ۛ لَا يَعْلَمُهُمْ إِلَّا اللَّهُ ۚ جَاءَتْهُمْ رُسُلُهُم بِالْبَيِّنَاتِ فَرَدُّوا أَيْدِيَهُمْ فِي أَفْوَاهِهِمْ وَقَالُوا إِنَّا كَفَرْنَا بِمَا أُرْسِلْتُم بِهِ وَإِنَّا لَفِي شَكٍّ مِّمَّا تَدْعُونَنَا إِلَيْهِ مُرِيبٍ
            
    Hun Boodschappers zeiden: ‘Is er twijfel over Allah, de Schepper van de hemel en de aarde? Hij roept jullie om jullie zonden te vergeven en Hij geeft jullie uitstel tot een vastgestelde tijd.’ Zij zeiden: ‘Jullie zijn slechts mensen als wij. Jullie willen ons afhouden van wat onze voorouders aanbaden. Geeft ons daarom een duidelijk bewijs!’
    ۞ قَالَتْ رُسُلُهُمْ أَفِي اللَّهِ شَكٌّ فَاطِرِ السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضِ ۖ يَدْعُوكُمْ لِيَغْفِرَ لَكُم مِّن ذُنُوبِكُمْ وَيُؤَخِّرَكُمْ إِلَىٰ أَجَلٍ مُّسَمًّى ۚ قَالُوا إِنْ أَنتُمْ إِلَّا بَشَرٌ مِّثْلُنَا تُرِيدُونَ أَن تَصُدُّونَا عَمَّا كَانَ يَعْبُدُ آبَاؤُنَا فَأْتُونَا بِسُلْطَانٍ مُّبِينٍ
            
    Hun Boodschappers zeiden tot hen: ‘Wij zijn slechts mensen als jullie, maar Allah geeft Zijn gunsten aan wie Hij wil van Zijn dienaren. En het is niet aan ons om jullie een bewijs te brengen, tenzij met verlof van Allah. En laten de gelovigen daarom hun vertrouwen stellen op Allah.
    قَالَتْ لَهُمْ رُسُلُهُمْ إِن نَّحْنُ إِلَّا بَشَرٌ مِّثْلُكُمْ وَلَٰكِنَّ اللَّهَ يَمُنُّ عَلَىٰ مَن يَشَاءُ مِنْ عِبَادِهِ ۖ وَمَا كَانَ لَنَا أَن نَّأْتِيَكُم بِسُلْطَانٍ إِلَّا بِإِذْنِ اللَّهِ ۚ وَعَلَى اللَّهِ فَلْيَتَوَكَّلِ الْمُؤْمِنُونَ
    14-Ibrahim 13
            
    En degenen die ongelovig waren, zeiden tot hun Boodschappers: ‘Wij zullen jullie zeker uit ons land verdrijven, of jullie moeten zeker terugkeren tot ons geloof.’ Toen openbaarde hun Heer aan hen: ‘Wij zullen de onrechtplegers zeker vernietigen.
    وَقَالَ الَّذِينَ كَفَرُوا لِرُسُلِهِمْ لَنُخْرِجَنَّكُم مِّنْ أَرْضِنَا أَوْ لَتَعُودُنَّ فِي مِلَّتِنَا ۖ فَأَوْحَىٰ إِلَيْهِمْ رَبُّهُمْ لَنُهْلِكَنَّ الظَّالِمِينَ
    14-Ibrahim 44
            
    En waarschuw de mensen voor de Dag dat de bestraffing tot hen komt en waarop degenen die onrecht pleegden, zeggen: ‘Onze Heer, geef ons uitstel voor een korte tijd, zodat wij aan Uw oproep gehoor geven en de Boodschappers volgen.’ (Tot hen wordt gezegd:) ‘Jullie hebben vroeger toch gezworen, dat jullie nimmer zouden sterven?
    وَأَنذِرِ النَّاسَ يَوْمَ يَأْتِيهِمُ الْعَذَابُ فَيَقُولُ الَّذِينَ ظَلَمُوا رَبَّنَا أَخِّرْنَا إِلَىٰ أَجَلٍ قَرِيبٍ نُّجِبْ دَعْوَتَكَ وَنَتَّبِعِ الرُّسُلَ ۗ أَوَلَمْ تَكُونُوا أَقْسَمْتُم مِّن قَبْلُ مَا لَكُم مِّن زَوَالٍ
    14-Ibrahim 47
            
    Denkt daarom niet dat Allah Zijn belofte zal verbreken aan Zijn Boodschappers. Voorwaar, Allah is de Verhevene en de Bezitter van de Vergelding.
    فَلَا تَحْسَبَنَّ اللَّهَ مُخْلِفَ وَعْدِهِ رُسُلَهُ ۗ إِنَّ اللَّهَ عَزِيزٌ ذُو انتِقَامٍ
    21-Al-Anbiya 7-9
            
    En Wij hebben (niemnd) v??r jou gezonden of zij waren slechts mannen aan wie Wij openbaarden. Vraagt dan de bezitters van kennis, indien jullie het Riet weten.
    وَمَا أَرْسَلْنَا قَبْلَكَ إِلَّا رِجَالًا نُّوحِي إِلَيْهِمْ ۖ فَاسْأَلُوا أَهْلَ الذِّكْرِ إِن كُنتُمْ لَا تَعْلَمُونَ
            
    En Wij schiepen hen niet met lichamen die geen voedsel aten en zij leefden niet eeuwig.
    وَمَا جَعَلْنَاهُمْ جَسَدًا لَّا يَأْكُلُونَ الطَّعَامَ وَمَا كَانُوا خَالِدِينَ
            
    Dawop vervulden Wij voor ben de belofte en Wij redden ben en wie Wij wensten. En Wij vemietigden de buitensporigen.
    ثُمَّ صَدَقْنَاهُمُ الْوَعْدَ فَأَنجَيْنَاهُمْ وَمَن نَّشَاءُ وَأَهْلَكْنَا الْمُسْرِفِينَ
    21-Al-Anbiya 25
            
    En Wij stuurden niet één van de Boodschappers v??r jou, of Wij openbaarden aan hem dat er geen andere god dan Ik is, aanbidt Mij daarom.
    وَمَا أَرْسَلْنَا مِن قَبْلِكَ مِن رَّسُولٍ إِلَّا نُوحِي إِلَيْهِ أَنَّهُ لَا إِلَٰهَ إِلَّا أَنَا فَاعْبُدُونِ
    21-Al-Anbiya 41
            
    En voorzeker, er word v??r jou al de spot met de Boodschappers gedreven maar degenen die hen belachelijk maakten, werden omsingeld door hetgeen waarmee zij de spot plachten te drijven.
    وَلَقَدِ اسْتُهْزِئَ بِرُسُلٍ مِّن قَبْلِكَ فَحَاقَ بِالَّذِينَ سَخِرُوا مِنْهُم مَّا كَانُوا بِهِ يَسْتَهْزِئُونَ
    21-Al-Anbiya 69-76
            
    Wij (Allah) zeiden: ‘O vuur, wees koud en veilig voor Ibrâhîm.
    قُلْنَا يَا نَارُ كُونِي بَرْدًا وَسَلَامًا عَلَىٰ إِبْرَاهِيمَ
            
    En zij wilden een list tegen hem beramen, maar Wij maakten hen tot de grootste verliezers.
    وَأَرَادُوا بِهِ كَيْدًا فَجَعَلْنَاهُمُ الْأَخْسَرِينَ
            
    En Wij redden hem en Lôeth naar het land dat Wij gezegend hebben voor de wereldbewoners.
    وَنَجَّيْنَاهُ وَلُوطًا إِلَى الْأَرْضِ الَّتِي بَارَكْنَا فِيهَا لِلْعَالَمِينَ
            
    En Wij schonken hem Ishâq en Ya’qôeb als een geschenk. En Wij maakten ieder van hen tot oprechten.
    وَوَهَبْنَا لَهُ إِسْحَاقَ وَيَعْقُوبَ نَافِلَةً ۖ وَكُلًّا جَعَلْنَا صَالِحِينَ
            
    En Wij maakten hen tot leiders, die leiding gaven volgens Ons bevel. En Wij openbaarden aan hen goede daden te verrichten en de shalât te onderhouden en de zakât te geven. En zij waren aanbidders van Ons.
    وَجَعَلْنَاهُمْ أَئِمَّةً يَهْدُونَ بِأَمْرِنَا وَأَوْحَيْنَا إِلَيْهِمْ فِعْلَ الْخَيْرَاتِ وَإِقَامَ الصَّلَاةِ وَإِيتَاءَ الزَّكَاةِ ۖ وَكَانُوا لَنَا عَابِدِينَ
            
    En aan Lôeth schonken Wij wijsheid en kennis en Wij redden hem uit de stad waarvan (de bevolking) vuiligheid placht te bedrijven. Voorwaar, zij waren een slecht volk, zwaar zondigen.
    وَلُوطًا آتَيْنَاهُ حُكْمًا وَعِلْمًا وَنَجَّيْنَاهُ مِنَ الْقَرْيَةِ الَّتِي كَانَت تَّعْمَلُ الْخَبَائِثَ ۗ إِنَّهُمْ كَانُوا قَوْمَ سَوْءٍ فَاسِقِينَ
            
    En Wij deden hem in Onze Barmhartigheid binnengaan: voorwaar, hij behoorde tot de oprechten.
    وَأَدْخَلْنَاهُ فِي رَحْمَتِنَا ۖ إِنَّهُ مِنَ الصَّالِحِينَ
            
    En (gedenkt) Nôeh, toen bij Ons vroeger aanriep en Wij hem daarop verhoorden: Wij redden hem en zijn familie van een geweldige ramp.
    وَنُوحًا إِذْ نَادَىٰ مِن قَبْلُ فَاسْتَجَبْنَا لَهُ فَنَجَّيْنَاهُ وَأَهْلَهُ مِنَ الْكَرْبِ الْعَظِيمِ
    21-Al-Anbiya 78
            
    En (gedenkt) Dâwôcd en Soelaimân toen zij een oordeel gaven over het akkerland, waarop de schapen van het volk grazend rondgelopen hadden. En Wij waren getuigen van hun oordeel.”
    وَدَاوُودَ وَسُلَيْمَانَ إِذْ يَحْكُمَانِ فِي الْحَرْثِ إِذْ نَفَشَتْ فِيهِ غَنَمُ الْقَوْمِ وَكُنَّا لِحُكْمِهِمْ شَاهِدِينَ
    21-Al-Anbiya 82
            
    En van de Satans doken er voor hem en zij verrichtten daarnaast ander werk. En Wij waren Wakers over hen.
    وَمِنَ الشَّيَاطِينِ مَن يَغُوصُونَ لَهُ وَيَعْمَلُونَ عَمَلًا دُونَ ذَٰلِكَ ۖ وَكُنَّا لَهُمْ حَافِظِينَ
    21-Al-Anbiya 85-91
            
    En (gedenkt) Ismâ’îl, Idrîs en Dzôelkifl: allen behoorden tot de geduldigen.
    وَإِسْمَاعِيلَ وَإِدْرِيسَ وَذَا الْكِفْلِ ۖ كُلٌّ مِّنَ الصَّابِرِينَ
            
    En Wij deden ben in Onze Barmhartigheid binnengaan. Voorwaar, zij behoorden tot de oprechten.
    وَأَدْخَلْنَاهُمْ فِي رَحْمَتِنَا ۖ إِنَّهُم مِّنَ الصَّالِحِينَ
            
    En (gedenkt) Dzôennôen toen hij kwaad wegging en meende dat Wij geen macht over hem hadden. Toen riep hij uit in de duisternissen: ‘Er is geen god dan U, Heilig bent U: voorwaar, ik behoorde tot de onrechtvaardigen.’
    وَذَا النُّونِ إِذ ذَّهَبَ مُغَاضِبًا فَظَنَّ أَن لَّن نَّقْدِرَ عَلَيْهِ فَنَادَىٰ فِي الظُّلُمَاتِ أَن لَّا إِلَٰهَ إِلَّا أَنتَ سُبْحَانَكَ إِنِّي كُنتُ مِنَ الظَّالِمِينَ
            
    Toen verhoorden Wij hem en Wij redden hem iuit de nood. En zo redden Wij de gelovigen.
    فَاسْتَجَبْنَا لَهُ وَنَجَّيْنَاهُ مِنَ الْغَمِّ ۚ وَكَذَٰلِكَ نُنجِي الْمُؤْمِنِينَ
            
    En (gedenkt) Zakariyyâ, toen hij zijn Heer aanriep: ‘Mijn Heer, laat mij niet alleen (zonder nageslacht) en U bent de beste van de erfgenamen.’
    وَزَكَرِيَّا إِذْ نَادَىٰ رَبَّهُ رَبِّ لَا تَذَرْنِي فَرْدًا وَأَنتَ خَيْرُ الْوَارِثِينَ
            
    Toen verhoorden Wij hem en Wij schonken hem Yahya en Wij maakten zijn vrouw geschikt (om te baren). Voorwaar, zij wedijverden in goede daden en riepen Ons aan, verlangend (naar Onze Genade) en vol ontzag (voor Onze bestraffing). En zij waren nederig tegenover Ons.
    فَاسْتَجَبْنَا لَهُ وَوَهَبْنَا لَهُ يَحْيَىٰ وَأَصْلَحْنَا لَهُ زَوْجَهُ ۚ إِنَّهُمْ كَانُوا يُسَارِعُونَ فِي الْخَيْرَاتِ وَيَدْعُونَنَا رَغَبًا وَرَهَبًا ۖ وَكَانُوا لَنَا خَاشِعِينَ
            
    En zij (Maryam) bewaarde haar eerbaarheid, toen bliezen Wij van Onze Geest in haar. En Wij maakten haar en haar zoon een Teken voor de werelden.
    وَالَّتِي أَحْصَنَتْ فَرْجَهَا فَنَفَخْنَا فِيهَا مِن رُّوحِنَا وَجَعَلْنَاهَا وَابْنَهَا آيَةً لِّلْعَالَمِينَ
    21-Al-Anbiya 107-108
            
    En Wij hebben jou (O Moehammad) slechts gezonden als een barmhartigheid voor de werelden.
    وَمَا أَرْسَلْنَاكَ إِلَّا رَحْمَةً لِّلْعَالَمِينَ
            
    Zeg: ‘Voorwaar, wat aan mij geopenbaard is, is dat jullie god één God is, zullen jullie je dan aan Hem onderwerpen?’
    قُلْ إِنَّمَا يُوحَىٰ إِلَيَّ أَنَّمَا إِلَٰهُكُمْ إِلَٰهٌ وَاحِدٌ ۖ فَهَلْ أَنتُم مُّسْلِمُونَ
    23-Al-Mu’minoon 44
            
    Vervolgens stuurden Wij Onze Boodschappers, elkaar opvolgend. Telkens wanneer hun Boodschapper naar een gemeenschap kwam, loochenden zij hem. Toen deden Wij hen elkaar opvolgen (in de ondcrgang) en Wij maakten hen tot onderwerp van verhalen. Ten onder gaat het volk dat niet gelooft!
    ثُمَّ أَرْسَلْنَا رُسُلَنَا تَتْرَىٰ ۖ كُلَّ مَا جَاءَ أُمَّةً رَّسُولُهَا كَذَّبُوهُ ۚ فَأَتْبَعْنَا بَعْضَهُم بَعْضًا وَجَعَلْنَاهُمْ أَحَادِيثَ ۚ فَبُعْدًا لِّقَوْمٍ لَّا يُؤْمِنُونَ
    23-Al-Mu’minoon 69-70
            
    Of erkennen zij hun Boodschapper niet? Zodat zij het verwerpen?
    أَمْ لَمْ يَعْرِفُوا رَسُولَهُمْ فَهُمْ لَهُ مُنكِرُونَ
            
    Of zeggen zij., ‘Hij (Moehammad) is bezeten.’ Integendeel, hij kwam tot hm met de Waarheid, maar de meesten van hen haten de Waarheid.
    أَمْ يَقُولُونَ بِهِ جِنَّةٌ ۚ بَلْ جَاءَهُم بِالْحَقِّ وَأَكْثَرُهُمْ لِلْحَقِّ كَارِهُونَ
    30-Ar-Room 47
            
    En voorzeker, Wij hebben v??r jou Boodschappers tot kan volken gezonden, en zij kwamen tot hen met de duidelijke bewijzen, waarna Wij degenen die zonden begingen vergolden. En Wij hebben Onszelf verplicht de gelovigen te helpen.
    وَلَقَدْ أَرْسَلْنَا مِن قَبْلِكَ رُسُلًا إِلَىٰ قَوْمِهِمْ فَجَاءُوهُم بِالْبَيِّنَاتِ فَانتَقَمْنَا مِنَ الَّذِينَ أَجْرَمُوا ۖ وَكَانَ حَقًّا عَلَيْنَا نَصْرُ الْمُؤْمِنِينَ
    29-Al-Ankaboot 50
            
    En zij zeiden: ‘Was er maar een Teken (wonder) van zijn Heer aan hem gezonden?’ Zeg: ‘Voorwaar, de Tekenen zijn slechts bij Allah. En voorwaar, ik ben slechts een duidelijke waarschuwer.’
    وَقَالُوا لَوْلَا أُنزِلَ عَلَيْهِ آيَاتٌ مِّن رَّبِّهِ ۖ قُلْ إِنَّمَا الْآيَاتُ عِندَ اللَّهِ وَإِنَّمَا أَنَا نَذِيرٌ مُّبِينٌ
    2-Al-Baqarah 23
            
    En als jullie in twijfel verkeren over wat Wij hebben neergezonden aan Onze dienaar (Moehammad), brengt dan een gelijkwaardige Soerah voort, en roept jullie getuigen buiten Allah op, als jullie waarachtigen zijn.
    وَإِن كُنتُمْ فِي رَيْبٍ مِّمَّا نَزَّلْنَا عَلَىٰ عَبْدِنَا فَأْتُوا بِسُورَةٍ مِّن مِّثْلِهِ وَادْعُوا شُهَدَاءَكُم مِّن دُونِ اللَّهِ إِن كُنتُمْ صَادِقِينَ
    2-Al-Baqarah 87
            
    En Wij hebben Môesa voorzeker het Boek gegeven en Wij deden na hem de Boodschappers volgen. Wn Wij gaven ‘Isa, de zoon van Maryam, de duidelijke bewijzen. En Wij versterkten hem met de heilige Geest (Djibrîl). Is het dan zo dat telkens wanneer er een Boodschapper tot jullie kwam met wat niet in overeenstemming was met jullie begeerten, jullie hooghartig werden en jullie een aantal van hen loochenden en anderen doodden?
    وَلَقَدْ آتَيْنَا مُوسَى الْكِتَابَ وَقَفَّيْنَا مِن بَعْدِهِ بِالرُّسُلِ ۖ وَآتَيْنَا عِيسَى ابْنَ مَرْيَمَ الْبَيِّنَاتِ وَأَيَّدْنَاهُ بِرُوحِ الْقُدُسِ ۗ أَفَكُلَّمَا جَاءَكُمْ رَسُولٌ بِمَا لَا تَهْوَىٰ أَنفُسُكُمُ اسْتَكْبَرْتُمْ فَفَرِيقًا كَذَّبْتُمْ وَفَرِيقًا تَقْتُلُونَ
    2-Al-Baqarah 98
            
    En wie een vijand van allah is en van zijn Engelen en vam zijn boodschappers en van djibril en van MIKA IL: voorwaar, Allah is een vijand van de ongelovigen.
    مَن كَانَ عَدُوًّا لِّلَّهِ وَمَلَائِكَتِهِ وَرُسُلِهِ وَجِبْرِيلَ وَمِيكَالَ فَإِنَّ اللَّهَ عَدُوٌّ لِّلْكَافِرِينَ
    2-Al-Baqarah 101
            
    En toen er tot hen een boodschapper van allah was gekomen, bevestigend wat bij ben bevond, wierp een groep van degenen aan wie de Schrift(de taurat) gegeven was, het boek van Allah achter hun ruggen, alsof zij niet wisten.
    وَلَمَّا جَاءَهُمْ رَسُولٌ مِّنْ عِندِ اللَّهِ مُصَدِّقٌ لِّمَا مَعَهُمْ نَبَذَ فَرِيقٌ مِّنَ الَّذِينَ أُوتُوا الْكِتَابَ كِتَابَ اللَّهِ وَرَاءَ ظُهُورِهِمْ كَأَنَّهُمْ لَا يَعْلَمُونَ
    2-Al-Baqarah 119
            
    Voorwaar, Wij hebben jou (Moehammad) met de Waarheid gezonden, als een brenger van een verheugende tijding en als een waarschuwer, en jij zal niet worden ondervraagd over de bewoners van de Djahîm (de Hel).
    إِنَّا أَرْسَلْنَاكَ بِالْحَقِّ بَشِيرًا وَنَذِيرًا ۖ وَلَا تُسْأَلُ عَنْ أَصْحَابِ الْجَحِيمِ
    2-Al-Baqarah 136
            
    Zeg (O Moehammad): ‘Wij geloven in Allah en wat er aan ons is neergezonden en wat er is neergezonden aan Ibrâhîm en Ishma’il en Ishaq en Ya’qoeb en de kinderen van Ya’qoeb en wat er is gegeven aan Môesa en Isa en wat er is gegeven van hun Heer aan de Profeten, wij maken geen onderscheid tussen één van hen en wij onderwerpen ons aan Hem.’
    قُولُوا آمَنَّا بِاللَّهِ وَمَا أُنزِلَ إِلَيْنَا وَمَا أُنزِلَ إِلَىٰ إِبْرَاهِيمَ وَإِسْمَاعِيلَ وَإِسْحَاقَ وَيَعْقُوبَ وَالْأَسْبَاطِ وَمَا أُوتِيَ مُوسَىٰ وَعِيسَىٰ وَمَا أُوتِيَ النَّبِيُّونَ مِن رَّبِّهِمْ لَا نُفَرِّقُ بَيْنَ أَحَدٍ مِّنْهُمْ وَنَحْنُ لَهُ مُسْلِمُونَ
    2-Al-Baqarah 143
            
    Zo maakten Wij jullie tot een gematigd volk, opdat jullie getuigen zullen zijn voor de mensen en opdat de Boodschapper (Moehammed) een getuige zal zijn voor jullie. En Wij hebben de Qiblah die jullie gewend waren slechts aangewezen om degenen die de Boodschapper volgen onder degenen die zich op hun hielen omdraaien te beproeven. En zeker, dit (de verandering van de Qiblah) was zwaar, behalve voor degenen die Allah leiding gaf. En Allah is neit zo dat Hij jullie geloof (shalât) verloren zou doen gaan. Voorwaar, Allah is zeker genading, meest harmhartig voor de mensen.
    وَكَذَٰلِكَ جَعَلْنَاكُمْ أُمَّةً وَسَطًا لِّتَكُونُوا شُهَدَاءَ عَلَى النَّاسِ وَيَكُونَ الرَّسُولُ عَلَيْكُمْ شَهِيدًا ۗ وَمَا جَعَلْنَا الْقِبْلَةَ الَّتِي كُنتَ عَلَيْهَا إِلَّا لِنَعْلَمَ مَن يَتَّبِعُ الرَّسُولَ مِمَّن يَنقَلِبُ عَلَىٰ عَقِبَيْهِ ۚ وَإِن كَانَتْ لَكَبِيرَةً إِلَّا عَلَى الَّذِينَ هَدَى اللَّهُ ۗ وَمَا كَانَ اللَّهُ لِيُضِيعَ إِيمَانَكُمْ ۚ إِنَّ اللَّهَ بِالنَّاسِ لَرَءُوفٌ رَّحِيمٌ
    2-Al-Baqarah 151
            
    Zoals Wij een Boodschapper uit jullie midden zonden, die aan jullie Onze Verzen voorleest, die jullie reinigt, die jullie het Boek (de Koran) en de Wijsheid onderwijst en die jullie onderwijst wat jullie niet weten.
    كَمَا أَرْسَلْنَا فِيكُمْ رَسُولًا مِّنكُمْ يَتْلُو عَلَيْكُمْ آيَاتِنَا وَيُزَكِّيكُمْ وَيُعَلِّمُكُمُ الْكِتَابَ وَالْحِكْمَةَ وَيُعَلِّمُكُم مَّا لَمْ تَكُونُوا تَعْلَمُونَ
    2-Al-Baqarah 177
            
    Het is geen vroomheid dat jullie je gezichten naar het Oosten en het Westen wenden, maar vroom is wie gelooft in Allah en het Hiernamaals en de Engelen en de Schrift en de Profeten en die het bezit dat hij liefheeft weggeeft aan de verwanten en de wezen en de behoeftigen en de reiziger (zonder proviand) en de bedelaars en (het gebruikt) voor het vrijkopen van slaven, en die de shalât onderhoudt, de zakât geeft. En die trouw zijn aan hun belofte wanneer zij een belofte hebben gedaan en de geduldigen in tegenspoed, in rampspoed en in oorlogstijd. Zij zijn diegenen die Moettaqôen zijn, en zij zijn het die de godvrezenden zijn.
    ۞ لَّيْسَ الْبِرَّ أَن تُوَلُّوا وُجُوهَكُمْ قِبَلَ الْمَشْرِقِ وَالْمَغْرِبِ وَلَٰكِنَّ الْبِرَّ مَنْ آمَنَ بِاللَّهِ وَالْيَوْمِ الْآخِرِ وَالْمَلَائِكَةِ وَالْكِتَابِ وَالنَّبِيِّينَ وَآتَى الْمَالَ عَلَىٰ حُبِّهِ ذَوِي الْقُرْبَىٰ وَالْيَتَامَىٰ وَالْمَسَاكِينَ وَابْنَ السَّبِيلِ وَالسَّائِلِينَ وَفِي الرِّقَابِ وَأَقَامَ الصَّلَاةَ وَآتَى الزَّكَاةَ وَالْمُوفُونَ بِعَهْدِهِمْ إِذَا عَاهَدُوا ۖ وَالصَّابِرِينَ فِي الْبَأْسَاءِ وَالضَّرَّاءِ وَحِينَ الْبَأْسِ ۗ أُولَٰئِكَ الَّذِينَ صَدَقُوا ۖ وَأُولَٰئِكَ هُمُ الْمُتَّقُونَ
    2-Al-Baqarah 213
            
    De mensheid was een godsdienst (toegedaan, maar er ontstond oneningheid) waarop Allah de Profeten zond als verkondigers van verheugende tijdingen en als waarschuwers. En Hij zond met hen de Schrift neer met de Waarheid om te oordelen tussen de mensen over hetgeen waarover zij van mening verschilden. En niemand verschilde van mening daarover dan degenen aan wie het gegeven was, nadat de duidelijke bewijzen tot hen waren gekomen, uit onderlinge afgunst. Allah leidde degenen die geloven met de Waarheid, met Zijn toestemming, (weg van degenen die) van mening verschilden. En Allah leidt wie Hij wil op een recht Pad.
    كَانَ النَّاسُ أُمَّةً وَاحِدَةً فَبَعَثَ اللَّهُ النَّبِيِّينَ مُبَشِّرِينَ وَمُنذِرِينَ وَأَنزَلَ مَعَهُمُ الْكِتَابَ بِالْحَقِّ لِيَحْكُمَ بَيْنَ النَّاسِ فِيمَا اخْتَلَفُوا فِيهِ ۚ وَمَا اخْتَلَفَ فِيهِ إِلَّا الَّذِينَ أُوتُوهُ مِن بَعْدِ مَا جَاءَتْهُمُ الْبَيِّنَاتُ بَغْيًا بَيْنَهُمْ ۖ فَهَدَى اللَّهُ الَّذِينَ آمَنُوا لِمَا اخْتَلَفُوا فِيهِ مِنَ الْحَقِّ بِإِذْنِهِ ۗ وَاللَّهُ يَهْدِي مَن يَشَاءُ إِلَىٰ صِرَاطٍ مُّسْتَقِيمٍ
    2-Al-Baqarah 252-253
            
    Dit zijn Verzen van Allah die Wij in de Waarneid aan jullie voorlezen, En voorwaar, jij (O Moehammad) behoort tot de Gezondenen.
    تِلْكَ آيَاتُ اللَّهِ نَتْلُوهَا عَلَيْكَ بِالْحَقِّ ۚ وَإِنَّكَ لَمِنَ الْمُرْسَلِينَ
            
    Dat zijn de Boodschappers van wie Wij sommigen boven anderen bevoorrecht hebben, onder hen zijn er tot wie Allah gesproken heeft, en onder hen zijn er die Hij (enkele) graden verheven heeft, en Wij hebben aan ‘Isa, de zoon van Maryam, duidelijke Tekenen gegeven en Wij hebben hem niet de Heilige Geest (Djibrîl) versterkt. Als Allah het gewild had, hadden degenen na lien niet met elkaar gevochten nadat de duidelijke Tekenen tot hen waren gekomen, maar zij twistten: sommigen geloofden en sommigen van hen waren ongelovig. En als Allah het gewild had, hadden zij niet met elkaar gevochten, maar Allah doet wat Hij wil.
    ۞ تِلْكَ الرُّسُلُ فَضَّلْنَا بَعْضَهُمْ عَلَىٰ بَعْضٍ ۘ مِّنْهُم مَّن كَلَّمَ اللَّهُ ۖ وَرَفَعَ بَعْضَهُمْ دَرَجَاتٍ ۚ وَآتَيْنَا عِيسَى ابْنَ مَرْيَمَ الْبَيِّنَاتِ وَأَيَّدْنَاهُ بِرُوحِ الْقُدُسِ ۗ وَلَوْ شَاءَ اللَّهُ مَا اقْتَتَلَ الَّذِينَ مِن بَعْدِهِم مِّن بَعْدِ مَا جَاءَتْهُمُ الْبَيِّنَاتُ وَلَٰكِنِ اخْتَلَفُوا فَمِنْهُم مَّنْ آمَنَ وَمِنْهُم مَّن كَفَرَ ۚ وَلَوْ شَاءَ اللَّهُ مَا اقْتَتَلُوا وَلَٰكِنَّ اللَّهَ يَفْعَلُ مَا يُرِيدُ
    2-Al-Baqarah 285
            
    De Boodschapper gelooft in wat hem van zijn Heer is geopenbaard, en (ook) de gelovigen, allen geloven in Allah, en Zijn Engelen en Zijn Boeken en Zijn Boodschappers. Wij maken geen onderscheid tussen Zijn Boodschappers. Zij zeiden: ‘Wij luisteren en wij gehoorzamen, vergeef ons, onze heer, en tot U is de terugkeer.’
    آمَنَ الرَّسُولُ بِمَا أُنزِلَ إِلَيْهِ مِن رَّبِّهِ وَالْمُؤْمِنُونَ ۚ كُلٌّ آمَنَ بِاللَّهِ وَمَلَائِكَتِهِ وَكُتُبِهِ وَرُسُلِهِ لَا نُفَرِّقُ بَيْنَ أَحَدٍ مِّن رُّسُلِهِ ۚ وَقَالُوا سَمِعْنَا وَأَطَعْنَا ۖ غُفْرَانَكَ رَبَّنَا وَإِلَيْكَ الْمَصِيرُ
    8-Al-Anfal 13
            
    Dat was omdat zij Allah en Zijn Boodschapper bestreden, en wie tegen Allah en zijn Boodschapper strijdt: Allah is hard in de bestraffing.
    ذَٰلِكَ بِأَنَّهُمْ شَاقُّوا اللَّهَ وَرَسُولَهُ ۚ وَمَن يُشَاقِقِ اللَّهَ وَرَسُولَهُ فَإِنَّ اللَّهَ شَدِيدُ الْعِقَابِ
    3-Al-Imran 7
            
    Hij is Degene Die het boek aan jou heeft neergezonden, met daarin eenduidige Verzen, zij zijn de grondslag van het Boek, andere zijn voor meer uitleg vatbaar. Maar degenen die in hun harten een neiging (tot valsheid) hebben, misbruiken de (Verzen) met meerdere betekenissen om Fitnah te zaaien en de ware betekenis ervan te zoeken. En de uitleg ervan is bij niemand ervan bekend dan bij Allah. En degenen die stevig gegrondvest in kennis staan, zeggen: ‘Wij geloven er in, alles is van onze Heer,’ en zij laten zich niet vermanen, behalve de bezitters van verstand.’
    هُوَ الَّذِي أَنزَلَ عَلَيْكَ الْكِتَابَ مِنْهُ آيَاتٌ مُّحْكَمَاتٌ هُنَّ أُمُّ الْكِتَابِ وَأُخَرُ مُتَشَابِهَاتٌ ۖ فَأَمَّا الَّذِينَ فِي قُلُوبِهِمْ زَيْغٌ فَيَتَّبِعُونَ مَا تَشَابَهَ مِنْهُ ابْتِغَاءَ الْفِتْنَةِ وَابْتِغَاءَ تَأْوِيلِهِ ۗ وَمَا يَعْلَمُ تَأْوِيلَهُ إِلَّا اللَّهُ ۗ وَالرَّاسِخُونَ فِي الْعِلْمِ يَقُولُونَ آمَنَّا بِهِ كُلٌّ مِّنْ عِندِ رَبِّنَا ۗ وَمَا يَذَّكَّرُ إِلَّا أُولُو الْأَلْبَابِ
    3-Al-Imran 31
            
    Zeg (O Moehammad): Als jullie van Allah houden, volg mij dan: Allah zal van jullie houden en jullie zonden vergeven. En Allah is Vergevensgezind, Meest Barmhartig.’
    قُلْ إِن كُنتُمْ تُحِبُّونَ اللَّهَ فَاتَّبِعُونِي يُحْبِبْكُمُ اللَّهُ وَيَغْفِرْ لَكُمْ ذُنُوبَكُمْ ۗ وَاللَّهُ غَفُورٌ رَّحِيمٌ
    3-Al-Imran 53
            
    Onze Heer, wij geloven in wat U neergezonden hebt en wij volgen de Boodschapper en schrijf ons daarom op bij de getuigen (van de Eenheid van Allah).’
    رَبَّنَا آمَنَّا بِمَا أَنزَلْتَ وَاتَّبَعْنَا الرَّسُولَ فَاكْتُبْنَا مَعَ الشَّاهِدِينَ
    3-Al-Imran 81
            
    En (gedenkt) toen Allah een overeenkomst aanging met de Profeten (en zei): ‘Wat ik jullie ook gegeven heb van de Schrift en de Wijsheid; en er komt daarna een Boodschapper tot jullie ter bevestiging van wat bij jullie is: jullie zullen zeker in hem geloven en hem zeker helpen.’ (Allah) zei: ‘Erkennen jullie dit en aanvaarden jullie Mijn verbond?’ Zij zeiden: ‘Wij erkennen het.’ Hij (Allah) zei: ‘Getuigt dan en Ik behoor met jullie tot degenen die getuigen.’
    وَإِذْ أَخَذَ اللَّهُ مِيثَاقَ النَّبِيِّينَ لَمَا آتَيْتُكُم مِّن كِتَابٍ وَحِكْمَةٍ ثُمَّ جَاءَكُمْ رَسُولٌ مُّصَدِّقٌ لِّمَا مَعَكُمْ لَتُؤْمِنُنَّ بِهِ وَلَتَنصُرُنَّهُ ۚ قَالَ أَأَقْرَرْتُمْ وَأَخَذْتُمْ عَلَىٰ ذَٰلِكُمْ إِصْرِي ۖ قَالُوا أَقْرَرْنَا ۚ قَالَ فَاشْهَدُوا وَأَنَا مَعَكُم مِّنَ الشَّاهِدِينَ
    3-Al-Imran 84
            
    Zeg: ‘Wij geloven in Allah en in wat er tot ons neergezonden is en in wat er neergezonden is aan Ibrâhîm en Isma’îl, Ishaq, Ya’qoeb en de kinderen van Ya’qoeb (al Asbath) en in wat er aan Môesa, ‘Isa en de Profeten van hun Heer werd gegeven. Wij maken geen onderscheid tussen wie van hen dan ook en wij hebben ons aan Hem overgegeven.’
    قُلْ آمَنَّا بِاللَّهِ وَمَا أُنزِلَ عَلَيْنَا وَمَا أُنزِلَ عَلَىٰ إِبْرَاهِيمَ وَإِسْمَاعِيلَ وَإِسْحَاقَ وَيَعْقُوبَ وَالْأَسْبَاطِ وَمَا أُوتِيَ مُوسَىٰ وَعِيسَىٰ وَالنَّبِيُّونَ مِن رَّبِّهِمْ لَا نُفَرِّقُ بَيْنَ أَحَدٍ مِّنْهُمْ وَنَحْنُ لَهُ مُسْلِمُونَ
    3-Al-Imran 144
            
    En Moehammad is niet meer dan een Boodschapper, v??r hem zijn de Boodschappers reeds heengegaan. Als hij dan zou sterven of gedood worden: waarom zouden jullie je dan op jullie hielen omdraaien (terugvallen in ongeloof)? En wie zich op zijn hielen zou omdraaien: het schaadt Allah niets. En Allah zal de dankbaren belonen.
    وَمَا مُحَمَّدٌ إِلَّا رَسُولٌ قَدْ خَلَتْ مِن قَبْلِهِ الرُّسُلُ ۚ أَفَإِن مَّاتَ أَوْ قُتِلَ انقَلَبْتُمْ عَلَىٰ أَعْقَابِكُمْ ۚ وَمَن يَنقَلِبْ عَلَىٰ عَقِبَيْهِ فَلَن يَضُرَّ اللَّهَ شَيْئًا ۗ وَسَيَجْزِي اللَّهُ الشَّاكِرِينَ
    3-Al-Imran 164
            
    Voorzeker, Allah gaf een grote gunst aan de gelovigen, toen Hij tot hen een Boodschapper uit hun midden stuurde. Hij draagt hun Zijn Verzen voor. En hij reinigt hen (de gelovigen) on hij onderwijst hun het Boek (de Koran) en de Wijsheid, terwijl zij daarvoor zeker in duidelijke dwaling verkeerden.
    لَقَدْ مَنَّ اللَّهُ عَلَى الْمُؤْمِنِينَ إِذْ بَعَثَ فِيهِمْ رَسُولًا مِّنْ أَنفُسِهِمْ يَتْلُو عَلَيْهِمْ آيَاتِهِ وَيُزَكِّيهِمْ وَيُعَلِّمُهُمُ الْكِتَابَ وَالْحِكْمَةَ وَإِن كَانُوا مِن قَبْلُ لَفِي ضَلَالٍ مُّبِينٍ
    3-Al-Imran 179
            
    Allah zal de gelovigen niet in de toestand laten waarin jullie verkeren totdat Hij het slechte van het goede scheidt. En Allah brengt jullie niet op de hoogte van het onwaarneembare, maar Allah kiest uit Zijn Boodschappers wie Hij wil Gelooft dus in Allah en Zijn Boodschappers. En indien jullie geloven en (Allah) vrezen hebben, den is er voor jullie een geweldige beloning
    مَّا كَانَ اللَّهُ لِيَذَرَ الْمُؤْمِنِينَ عَلَىٰ مَا أَنتُمْ عَلَيْهِ حَتَّىٰ يَمِيزَ الْخَبِيثَ مِنَ الطَّيِّبِ ۗ وَمَا كَانَ اللَّهُ لِيُطْلِعَكُمْ عَلَى الْغَيْبِ وَلَٰكِنَّ اللَّهَ يَجْتَبِي مِن رُّسُلِهِ مَن يَشَاءُ ۖ فَآمِنُوا بِاللَّهِ وَرُسُلِهِ ۚ وَإِن تُؤْمِنُوا وَتَتَّقُوا فَلَكُمْ أَجْرٌ عَظِيمٌ
    3-Al-Imran 184
            
    En als zij jou loochenen: waarlijk geloochend werden de Boodschappers v??r jou, (die) met de duidelijke (Tekenen) en de Zoeboer en de verlichte Boeken kwamen.
    فَإِن كَذَّبُوكَ فَقَدْ كُذِّبَ رُسُلٌ مِّن قَبْلِكَ جَاءُوا بِالْبَيِّنَاتِ وَالزُّبُرِ وَالْكِتَابِ الْمُنِيرِ
    3-Al-Imran 194
            
    Onze Heer, schenk ons wat U aan Uw Boodschappers belooft hebt en verneder ons niet op de Dag der Opstanding. Voorwaar, U verbreekt de belofte niet.’
    رَبَّنَا وَآتِنَا مَا وَعَدتَّنَا عَلَىٰ رُسُلِكَ وَلَا تُخْزِنَا يَوْمَ الْقِيَامَةِ ۗ إِنَّكَ لَا تُخْلِفُ الْمِيعَادَ
    33-Al-Ahzab 1-2
            
    O Profeet, vrees Allah en gehoorzaam niet de ongelovigen en de huichelaars: voorwaar, Allah is Alwetend, Alwijs.
    يَا أَيُّهَا النَّبِيُّ اتَّقِ اللَّهَ وَلَا تُطِعِ الْكَافِرِينَ وَالْمُنَافِقِينَ ۗ إِنَّ اللَّهَ كَانَ عَلِيمًا حَكِيمًا
            
    En volg wat aan jou is geopenbaard van jouw Heer. Voorwaar, Allah, Hij is Alwetend over wat jullie doen.
    وَاتَّبِعْ مَا يُوحَىٰ إِلَيْكَ مِن رَّبِّكَ ۚ إِنَّ اللَّهَ كَانَ بِمَا تَعْمَلُونَ خَبِيرًا
    33-Al-Ahzab 7
            
    En (gedenk) toen Wij met de Profeten hun verbond aangingen en met jou (O Moehammad), en met Nôeh en lbrâhîm en Môesa en ‘ îsa, de zoon van Maryam. En Wij gingen met hen een plechtig verbond aan.
    وَإِذْ أَخَذْنَا مِنَ النَّبِيِّينَ مِيثَاقَهُمْ وَمِنكَ وَمِن نُّوحٍ وَإِبْرَاهِيمَ وَمُوسَىٰ وَعِيسَى ابْنِ مَرْيَمَ ۖ وَأَخَذْنَا مِنْهُم مِّيثَاقًا غَلِيظًا
    33-Al-Ahzab 22
            
    En toen de gelovigen de bondgenoten zagen, zeiden zij: ‘Dit is wat Allah en Zijn Boodschapper ons hebben beloofd,’ en Allah en Zijn Boodschapper hebben gelijk. En het doet hun slechts toenemen in geloof en onderwerping.
    وَلَمَّا رَأَى الْمُؤْمِنُونَ الْأَحْزَابَ قَالُوا هَٰذَا مَا وَعَدَنَا اللَّهُ وَرَسُولُهُ وَصَدَقَ اللَّهُ وَرَسُولُهُ ۚ وَمَا زَادَهُمْ إِلَّا إِيمَانًا وَتَسْلِيمًا
    33-Al-Ahzab 40
            
    Moehammad is niet de vader van één van jullie mannen, maar hij is de Boodschapper van Allah en de laatste van de Profeten. En Allah is Alwetend over alle zaken.
    مَّا كَانَ مُحَمَّدٌ أَبَا أَحَدٍ مِّن رِّجَالِكُمْ وَلَٰكِن رَّسُولَ اللَّهِ وَخَاتَمَ النَّبِيِّينَ ۗ وَكَانَ اللَّهُ بِكُلِّ شَيْءٍ عَلِيمًا
    33-Al-Ahzab 45
            
    O Profeet, voorwaar, Wij hebben jou gezonden als een getuige en als een brenger van verheugende tijdingen en als een waarschuwer.
    يَا أَيُّهَا النَّبِيُّ إِنَّا أَرْسَلْنَاكَ شَاهِدًا وَمُبَشِّرًا وَنَذِيرًا
    4-An-Nisa 60
            
    Heb jij degenen niet gezien die dachten dat zij geloofden in wat aan jou geopenbaard is en in wat er voor jou geopenbaard is? Zij willen volgens de Thaghôet berechten, hoewel hen toch bevolen was er niet in te geloven. En het is zo dat de Satan hen ver weg wil doen afdwalen.
    أَلَمْ تَرَ إِلَى الَّذِينَ يَزْعُمُونَ أَنَّهُمْ آمَنُوا بِمَا أُنزِلَ إِلَيْكَ وَمَا أُنزِلَ مِن قَبْلِكَ يُرِيدُونَ أَن يَتَحَاكَمُوا إِلَى الطَّاغُوتِ وَقَدْ أُمِرُوا أَن يَكْفُرُوا بِهِ وَيُرِيدُ الشَّيْطَانُ أَن يُضِلَّهُمْ ضَلَالًا بَعِيدًا
    4-An-Nisa 69
            
    En wie Allah en de Boodschapper gehoorzaamt: zij zijn met degenen van de Profeten en de waarachtigen en de martelaren en de oprechten die Allah begunstigd heeft. Zij zijn de beste metge zellen!
    وَمَن يُطِعِ اللَّهَ وَالرَّسُولَ فَأُولَٰئِكَ مَعَ الَّذِينَ أَنْعَمَ اللَّهُ عَلَيْهِم مِّنَ النَّبِيِّينَ وَالصِّدِّيقِينَ وَالشُّهَدَاءِ وَالصَّالِحِينَ ۚ وَحَسُنَ أُولَٰئِكَ رَفِيقًا
    4-An-Nisa 105
            
    Wij hebben jou liet Boek met de Waarheid neergezonden zodat jij kunt oordelen tussen de mensen, met wat Allah aan jou openbaarde. En wees geen verdediger voor de verraders.
    إِنَّا أَنزَلْنَا إِلَيْكَ الْكِتَابَ بِالْحَقِّ لِتَحْكُمَ بَيْنَ النَّاسِ بِمَا أَرَاكَ اللَّهُ ۚ وَلَا تَكُن لِّلْخَائِنِينَ خَصِيمًا
    4-An-Nisa 136
            
    O jullie die geloven! Gelooft in Allah en Zijn Boodschapper en in wat Hij aan Zijn Boodschapper openbaarde en in de Schrift die Hij vroeger openbaarde. En wie ongelovig is aan Allah en Zijn Engelen en Zijn Boeken en Zijn Boodschappers on de Laatste Dag: hij is waarlijk ver weg gedwaald.
    يَا أَيُّهَا الَّذِينَ آمَنُوا آمِنُوا بِاللَّهِ وَرَسُولِهِ وَالْكِتَابِ الَّذِي نَزَّلَ عَلَىٰ رَسُولِهِ وَالْكِتَابِ الَّذِي أَنزَلَ مِن قَبْلُ ۚ وَمَن يَكْفُرْ بِاللَّهِ وَمَلَائِكَتِهِ وَكُتُبِهِ وَرُسُلِهِ وَالْيَوْمِ الْآخِرِ فَقَدْ ضَلَّ ضَلَالًا بَعِيدًا
    4-An-Nisa 152
            
    En degenen die in Allah en Zijn Boodschappers geloven en geen onderscheid maken tussen één van hen: dat zijn degenen aan wie Hij hun beloningen zal geven. En Allah is Vergevensgezind, Meest Barmhartig.
    وَالَّذِينَ آمَنُوا بِاللَّهِ وَرُسُلِهِ وَلَمْ يُفَرِّقُوا بَيْنَ أَحَدٍ مِّنْهُمْ أُولَٰئِكَ سَوْفَ يُؤْتِيهِمْ أُجُورَهُمْ ۗ وَكَانَ اللَّهُ غَفُورًا رَّحِيمًا
    4-An-Nisa 163-165
            
    Voorwaar, Wij hebben aan jou geopenbaard zoals Wij aan Nôeh en de Profeten na hem opendaarden. En Wij openbanden aan Ibrâhîm en Ismâ’îl on Ishâq en Ya’qôeb en de kinderen (van Ya’qôeb) en ‘Isa en Ayyôeb en Yôenoes en Hârôen en Soelaimân, En Wij gaven Dâwôed de Zabôer (Psalmen).
    ۞ إِنَّا أَوْحَيْنَا إِلَيْكَ كَمَا أَوْحَيْنَا إِلَىٰ نُوحٍ وَالنَّبِيِّينَ مِن بَعْدِهِ ۚ وَأَوْحَيْنَا إِلَىٰ إِبْرَاهِيمَ وَإِسْمَاعِيلَ وَإِسْحَاقَ وَيَعْقُوبَ وَالْأَسْبَاطِ وَعِيسَىٰ وَأَيُّوبَ وَيُونُسَ وَهَارُونَ وَسُلَيْمَانَ ۚ وَآتَيْنَا دَاوُودَ زَبُورًا
            
    En (Wij zonden) Boodschappers waarover Wij jou waarlijk reeds verhaald hebben en (Wij zonden) Boodschappers waarover Wij jou niet verhaald hebben. En Allah voerde een gesprek met Môesa.
    وَرُسُلًا قَدْ قَصَصْنَاهُمْ عَلَيْكَ مِن قَبْلُ وَرُسُلًا لَّمْ نَقْصُصْهُمْ عَلَيْكَ ۚ وَكَلَّمَ اللَّهُ مُوسَىٰ تَكْلِيمًا
            
    (Wij zonden) Boodschappers als brengers van verheugende tijdingen en als waarschuwers opdat de mens geen excuus tegenover Allah zou hebben no de Boodschappers. En Allah is Almachtig, Alwijs.
    رُّسُلًا مُّبَشِّرِينَ وَمُنذِرِينَ لِئَلَّا يَكُونَ لِلنَّاسِ عَلَى اللَّهِ حُجَّةٌ بَعْدَ الرُّسُلِ ۚ وَكَانَ اللَّهُ عَزِيزًا حَكِيمًا
    4-An-Nisa 170-171
            
    O mensen, waarlijk, de Boodschapper is tot jullie gekomen met de Waarheid van jullie Heer. Gelooft dus, (dat is) beter voor jullie. En indien jullie niet geloven: voorwaar, aan Allah behoort wat er in de hemelen en op de aarde is, En Allah is Alwetend, Alwijs.
    يَا أَيُّهَا النَّاسُ قَدْ جَاءَكُمُ الرَّسُولُ بِالْحَقِّ مِن رَّبِّكُمْ فَآمِنُوا خَيْرًا لَّكُمْ ۚ وَإِن تَكْفُرُوا فَإِنَّ لِلَّهِ مَا فِي السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضِ ۚ وَكَانَ اللَّهُ عَلِيمًا حَكِيمًا
            
    o Lieden van de Schrift, overdrijft niet in jullie godsdienst en zeg niets over Allah dan de Waarheid. Voorwaar, de Masîh ‘Isa, zoon van Maryam, is een Boodschapper van Allah en Zijn Woord, dat Hij aan Maryam zond en uit een Geest (Djibrîl) van Hem voortkomend. Gelooft dug in Allah en Zijn Boodschappers en zegt niet (dat Allah) ‘drie’ is. Houdt (hiermee) op, dat is beter voor jullie Voorwaar, Allah is de Ene God. Verheven is Hij (boven de bewering dat) Hij een zoon heeft. Hem behoort wat in de hemelen en op de aarde is. En Allah is voldoende als Getuige.
    يَا أَهْلَ الْكِتَابِ لَا تَغْلُوا فِي دِينِكُمْ وَلَا تَقُولُوا عَلَى اللَّهِ إِلَّا الْحَقَّ ۚ إِنَّمَا الْمَسِيحُ عِيسَى ابْنُ مَرْيَمَ رَسُولُ اللَّهِ وَكَلِمَتُهُ أَلْقَاهَا إِلَىٰ مَرْيَمَ وَرُوحٌ مِّنْهُ ۖ فَآمِنُوا بِاللَّهِ وَرُسُلِهِ ۖ وَلَا تَقُولُوا ثَلَاثَةٌ ۚ انتَهُوا خَيْرًا لَّكُمْ ۚ إِنَّمَا اللَّهُ إِلَٰهٌ وَاحِدٌ ۖ سُبْحَانَهُ أَن يَكُونَ لَهُ وَلَدٌ ۘ لَّهُ مَا فِي السَّمَاوَاتِ وَمَا فِي الْأَرْضِ ۗ وَكَفَىٰ بِاللَّهِ وَكِيلًا
    13-Ar-Ra’d 1
            
    Alif Lâm Mîm Râ. Dit zijnde Verzen van Het Boek. En wat am jou van jouw Heer neergezonden is, is de Waarheid; maar de meeste mensen geloven het niet.
    المر ۚ تِلْكَ آيَاتُ الْكِتَابِ ۗ وَالَّذِي أُنزِلَ إِلَيْكَ مِن رَّبِّكَ الْحَقُّ وَلَٰكِنَّ أَكْثَرَ النَّاسِ لَا يُؤْمِنُونَ
    13-Ar-Ra’d 7
            
    En degenen die ongelovig zijn, zeggen: ‘Waarom is er geen Teken van zijn Heer naar hem (Moehammad) neergezonden?’ Voorwaar, jij bent slechts een waarschuwer en voor elk volk is er een leider (Profeet).
    وَيَقُولُ الَّذِينَ كَفَرُوا لَوْلَا أُنزِلَ عَلَيْهِ آيَةٌ مِّن رَّبِّهِ ۗ إِنَّمَا أَنتَ مُنذِرٌ ۖ وَلِكُلِّ قَوْمٍ هَادٍ
    13-Ar-Ra’d 19
            
    Is iemand die weet dat wat een jou is neergezonden van jouw Heer de Waarheid is, gelijk aan degene die blind is? Het zijn slechts de bezitters van verstand die er lering uit trokken.
    ۞ أَفَمَن يَعْلَمُ أَنَّمَا أُنزِلَ إِلَيْكَ مِن رَّبِّكَ الْحَقُّ كَمَنْ هُوَ أَعْمَىٰ ۚ إِنَّمَا يَتَذَكَّرُ أُولُو الْأَلْبَابِ
    13-Ar-Ra’d 30
            
    En zo hebben Wij jou (O Moehammad) tot een gemeenschap gezonden, waaraan andere gemenschappen vooraf zijn gegaan, om aan hen (de Koran) voor te dragen. die Wij aan jou hebben geopenbaard, terwijl zij de Erbarmer niet geloven. Zeg: ‘Hij is mijn Heer. er is geen god dan Hij, op Hem heb ik mijn vertrouwen gesteld en tot Hem is de terugkeer.’
    كَذَٰلِكَ أَرْسَلْنَاكَ فِي أُمَّةٍ قَدْ خَلَتْ مِن قَبْلِهَا أُمَمٌ لِّتَتْلُوَ عَلَيْهِمُ الَّذِي أَوْحَيْنَا إِلَيْكَ وَهُمْ يَكْفُرُونَ بِالرَّحْمَٰنِ ۚ قُلْ هُوَ رَبِّي لَا إِلَٰهَ إِلَّا هُوَ عَلَيْهِ تَوَكَّلْتُ وَإِلَيْهِ مَتَابِ
    13-Ar-Ra’d 32
            
    En voorzeker, de Boodschappers vôôr jou werden bespot, waarna Ik de ongelovigen uitstel gaf. Vervolgens greep Ik hen, hoe was dan Mijn bestraffing?
    وَلَقَدِ اسْتُهْزِئَ بِرُسُلٍ مِّن قَبْلِكَ فَأَمْلَيْتُ لِلَّذِينَ كَفَرُوا ثُمَّ أَخَذْتُهُمْ ۖ فَكَيْفَ كَانَ عِقَابِ
    13-Ar-Ra’d 38
            
    En voorzeker, Wij hebben Boodschappers voor jou gezonden. En Wij maakten voor hen echtgenoten en nakomelingen. En het is niet aan de Boodschappers om een Vers te brengen, tenzij met verlof van Allah. Voor elke periode is er een Boek.
    وَلَقَدْ أَرْسَلْنَا رُسُلًا مِّن قَبْلِكَ وَجَعَلْنَا لَهُمْ أَزْوَاجًا وَذُرِّيَّةً ۚ وَمَا كَانَ لِرَسُولٍ أَن يَأْتِيَ بِآيَةٍ إِلَّا بِإِذْنِ اللَّهِ ۗ لِكُلِّ أَجَلٍ كِتَابٌ
    13-Ar-Ra’d 43
            
    En degenen die ongelovig zijn zeggen: jij bent geen gezondene. Zeg: ‘Allah is genoeg als Getuige tussen mij en jullie en tussen de mensen die kennis hebben van de Schrift.’
    وَيَقُولُ الَّذِينَ كَفَرُوا لَسْتَ مُرْسَلًا ۚ قُلْ كَفَىٰ بِاللَّهِ شَهِيدًا بَيْنِي وَبَيْنَكُمْ وَمَنْ عِندَهُ عِلْمُ الْكِتَابِ
    24-An-Noor 47
            
    En zij (de huichelaars) zeggen: ‘Wij geloven in Allah en de Boodschapper en wij gehoorzamen.’ Vervolgens wendt een groep van hen zich daarna af. En zij zijn niet de gelovigen.
    وَيَقُولُونَ آمَنَّا بِاللَّهِ وَبِالرَّسُولِ وَأَطَعْنَا ثُمَّ يَتَوَلَّىٰ فَرِيقٌ مِّنْهُم مِّن بَعْدِ ذَٰلِكَ ۚ وَمَا أُولَٰئِكَ بِالْمُؤْمِنِينَ
    24-An-Noor 62
            
    Voorwaar, de gelovigen zijn slechts degenen die in Allah en Zijn Boodschapper geloven. En wanneer zij met hem zijn bij een gezamenlijke zaak gaan zij niet weg voordat zij hem om toestemming hebben gevraagd. Voorwaar, degenen die jou (O Moehammad) om toestemming vragen: zij zijn degenen die in Allah en Zijn Boodschapper geloven. En als zij jou om toestemming vragen voor een of andere zaak: geef dan toestemming aan wie van hen jij wil en vraag Allah om hun vergeving. Voorwaar, Allah is Vergevensgezind, Meest Barmhartig.
    إِنَّمَا الْمُؤْمِنُونَ الَّذِينَ آمَنُوا بِاللَّهِ وَرَسُولِهِ وَإِذَا كَانُوا مَعَهُ عَلَىٰ أَمْرٍ جَامِعٍ لَّمْ يَذْهَبُوا حَتَّىٰ يَسْتَأْذِنُوهُ ۚ إِنَّ الَّذِينَ يَسْتَأْذِنُونَكَ أُولَٰئِكَ الَّذِينَ يُؤْمِنُونَ بِاللَّهِ وَرَسُولِهِ ۚ فَإِذَا اسْتَأْذَنُوكَ لِبَعْضِ شَأْنِهِمْ فَأْذَن لِّمَن شِئْتَ مِنْهُمْ وَاسْتَغْفِرْ لَهُمُ اللَّهَ ۚ إِنَّ اللَّهَ غَفُورٌ رَّحِيمٌ
    22-Al-Hajj 52
            
    En Wij hebben geen enkele Boodschapper of Profeet v??r jullie gestuurd zonder dat, wanneer hij (de Koran) voordroeg, de Satan iets in zijn voorlezing wierp, maar Allah heft wat de Satan erin wierp op. Vervolgens bevestigt Allah Zijn Verzen. En Allah is Alwetend, Alwijs.
    وَمَا أَرْسَلْنَا مِن قَبْلِكَ مِن رَّسُولٍ وَلَا نَبِيٍّ إِلَّا إِذَا تَمَنَّىٰ أَلْقَى الشَّيْطَانُ فِي أُمْنِيَّتِهِ فَيَنسَخُ اللَّهُ مَا يُلْقِي الشَّيْطَانُ ثُمَّ يُحْكِمُ اللَّهُ آيَاتِهِ ۗ وَاللَّهُ عَلِيمٌ حَكِيمٌ
    22-Al-Hajj 75
            
    Allah kiest uit de Engelen gezanten en uit de mensen (Boodschappers). Voorwaar, Allah is Alhorend, Alziend.
    اللَّهُ يَصْطَفِي مِنَ الْمَلَائِكَةِ رُسُلًا وَمِنَ النَّاسِ ۚ إِنَّ اللَّهَ سَمِيعٌ بَصِيرٌ
    22-Al-Hajj 78
            
    En streeft naar Allah volgens het streven waar Hij rechtop heeft. Hij heeft jullie uitgekozen en Hij heeft het jullie in de godsdienst niet moeilijk gemaakt: (volgt) de godsdienst van jullie vader Ibrâhîm. Hij is degene die jullie Moslims genoemd heeft, vroeger en hierin (de Koran): opdat de Boodschapper getuige is voor jullie en opdat jullie getuigen zijn voor de mensen. Onderhoudt dus de shalât en geeft de zakât en houdt jullie vast ma Allah, Hij is jullie Meester: de beste Meester en de beste Helper!
    وَجَاهِدُوا فِي اللَّهِ حَقَّ جِهَادِهِ ۚ هُوَ اجْتَبَاكُمْ وَمَا جَعَلَ عَلَيْكُمْ فِي الدِّينِ مِنْ حَرَجٍ ۚ مِّلَّةَ أَبِيكُمْ إِبْرَاهِيمَ ۚ هُوَ سَمَّاكُمُ الْمُسْلِمِينَ مِن قَبْلُ وَفِي هَٰذَا لِيَكُونَ الرَّسُولُ شَهِيدًا عَلَيْكُمْ وَتَكُونُوا شُهَدَاءَ عَلَى النَّاسِ ۚ فَأَقِيمُوا الصَّلَاةَ وَآتُوا الزَّكَاةَ وَاعْتَصِمُوا بِاللَّهِ هُوَ مَوْلَاكُمْ ۖ فَنِعْمَ الْمَوْلَىٰ وَنِعْمَ النَّصِيرُ
    5-Al-Maidah 12
            
    En voorzeker, Allah heeft een verbond met de Kinderen van Israël gesloten. En Wij hebben onder hen twaalf stamhoofden aangesteld en Allah zei: ‘Voorwaar, Ik ben met jullie, indien jullie de shalât verrichten en de zakât betalen en jullie in Mijn Boodschappers geloven en hen helpen en een goede lening aan Allah verstrekken (bijdragen geven op de Weg van Allah). Dan zal Ik zeker jullie fouten voor jullie uitwissen en Ik zal jullie zeker Tuinen (het Paradijs) binnenleiden waar de rivieren onder door stromen. En wie van jullie hierna ongelovig is: hij dwaalt waarlijk van de rechte Weg.’
    ۞ وَلَقَدْ أَخَذَ اللَّهُ مِيثَاقَ بَنِي إِسْرَائِيلَ وَبَعَثْنَا مِنْهُمُ اثْنَيْ عَشَرَ نَقِيبًا ۖ وَقَالَ اللَّهُ إِنِّي مَعَكُمْ ۖ لَئِنْ أَقَمْتُمُ الصَّلَاةَ وَآتَيْتُمُ الزَّكَاةَ وَآمَنتُم بِرُسُلِي وَعَزَّرْتُمُوهُمْ وَأَقْرَضْتُمُ اللَّهَ قَرْضًا حَسَنًا لَّأُكَفِّرَنَّ عَنكُمْ سَيِّئَاتِكُمْ وَلَأُدْخِلَنَّكُمْ جَنَّاتٍ تَجْرِي مِن تَحْتِهَا الْأَنْهَارُ ۚ فَمَن كَفَرَ بَعْدَ ذَٰلِكَ مِنكُمْ فَقَدْ ضَلَّ سَوَاءَ السَّبِيلِ
    5-Al-Maidah 15
            
    O Lieden van de Schrift! Waarlijk, Onze Boodschapper is tot jullie gekomen; hij heeft jullie veel duidelijk gemaakt van wat jullie in de Schrift verborgen, en hij heeft jullie veel kwijtgescholden. Waarlijk, er is van Allah een Licht (de Profeet) en een duidelijk Boek (de Koran) tot jullie gekomen.
    يَا أَهْلَ الْكِتَابِ قَدْ جَاءَكُمْ رَسُولُنَا يُبَيِّنُ لَكُمْ كَثِيرًا مِّمَّا كُنتُمْ تُخْفُونَ مِنَ الْكِتَابِ وَيَعْفُو عَن كَثِيرٍ ۚ قَدْ جَاءَكُم مِّنَ اللَّهِ نُورٌ وَكِتَابٌ مُّبِينٌ
    5-Al-Maidah 19
            
    O Lieden van de Schrift! Waarlijk, Onze Boodschapper is tot jullie gekomen, en hij heeft jullie na een onderbreking in (de rocks van) Boodschappers duidelijkheid gegeven, opdat jullie niet zouden zeggen: ‘Er is tot ons geen verkondiger van verheugende tijdingen en een waarschuwer gekomen.’ Waarlijk, er komt een verkondiger van verheugende tijdingen en een waarschuwer tot jullie. En Allah is Almachtig over alle zaken.
    يَا أَهْلَ الْكِتَابِ قَدْ جَاءَكُمْ رَسُولُنَا يُبَيِّنُ لَكُمْ عَلَىٰ فَتْرَةٍ مِّنَ الرُّسُلِ أَن تَقُولُوا مَا جَاءَنَا مِن بَشِيرٍ وَلَا نَذِيرٍ ۖ فَقَدْ جَاءَكُم بَشِيرٌ وَنَذِيرٌ ۗ وَاللَّهُ عَلَىٰ كُلِّ شَيْءٍ قَدِيرٌ
    5-Al-Maidah 32
            
    Daarom hebben Wij de Kinderem van Israel voorgeschreven dat voor wie een ziel doodt - niet (als vergelding) voor een ziel of het verderf zaaien op aarde - het is alsof hij alle mensen doodde en dat voor wie iemand laat leven, het is alsof hij alle mensen dead leven. En waarlijk, en Onze Boodschappers kwamen tot hen met duidelijke Tekenen, velen van hen (de Kinderen van Israel) waren daarna overtreders op de arde.
    مِنْ أَجْلِ ذَٰلِكَ كَتَبْنَا عَلَىٰ بَنِي إِسْرَائِيلَ أَنَّهُ مَن قَتَلَ نَفْسًا بِغَيْرِ نَفْسٍ أَوْ فَسَادٍ فِي الْأَرْضِ فَكَأَنَّمَا قَتَلَ النَّاسَ جَمِيعًا وَمَنْ أَحْيَاهَا فَكَأَنَّمَا أَحْيَا النَّاسَ جَمِيعًا ۚ وَلَقَدْ جَاءَتْهُمْ رُسُلُنَا بِالْبَيِّنَاتِ ثُمَّ إِنَّ كَثِيرًا مِّنْهُم بَعْدَ ذَٰلِكَ فِي الْأَرْضِ لَمُسْرِفُونَ
    5-Al-Maidah 48
            
    En Wij hebben aan jou het Boek (de Koran) met de Waarheid neergezonden, ter bevestiging van de Schrift die eraan vooraf ging en ter bescherming. Oordeel dus onder hen met wat Allah neergezonden heeft. En volg niet hun begeerten om van de Waarheid die tot jou gekomen is af te wijken. Voor een ieder onder jullie hebben Wij een Wet en een manier van leven bepaald. En als Allah gewild had, had Hij jullie (als behorend) tot een godsdienst gemaakt, maar (Hij doet dit niet omdat Hij) jullie op de proef stelt met wat Hij jullie gegeven heeft. Wedijvert dus (op het gebied) van de goede zaken. Tot Allah is de terugkeer van jullie allemaal, en Hij zal jullie hetgeen waarover jullie van mening verschillen vertellen.
    وَأَنزَلْنَا إِلَيْكَ الْكِتَابَ بِالْحَقِّ مُصَدِّقًا لِّمَا بَيْنَ يَدَيْهِ مِنَ الْكِتَابِ وَمُهَيْمِنًا عَلَيْهِ ۖ فَاحْكُم بَيْنَهُم بِمَا أَنزَلَ اللَّهُ ۖ وَلَا تَتَّبِعْ أَهْوَاءَهُمْ عَمَّا جَاءَكَ مِنَ الْحَقِّ ۚ لِكُلٍّ جَعَلْنَا مِنكُمْ شِرْعَةً وَمِنْهَاجًا ۚ وَلَوْ شَاءَ اللَّهُ لَجَعَلَكُمْ أُمَّةً وَاحِدَةً وَلَٰكِن لِّيَبْلُوَكُمْ فِي مَا آتَاكُمْ ۖ فَاسْتَبِقُوا الْخَيْرَاتِ ۚ إِلَى اللَّهِ مَرْجِعُكُمْ جَمِيعًا فَيُنَبِّئُكُم بِمَا كُنتُمْ فِيهِ تَخْتَلِفُونَ
    5-Al-Maidah 67
            
    O Boodschapper! Verkondig wat jou van jouw Heer neergezonden is. En indien jij dat niet doet, dan heb jij Zijn Boodschap niet verkondigd. En Allah zal jou tegen de mensen beschermen. Voorwaar, Allah leidt het ongelovige volk niet.
    ۞ يَا أَيُّهَا الرَّسُولُ بَلِّغْ مَا أُنزِلَ إِلَيْكَ مِن رَّبِّكَ ۖ وَإِن لَّمْ تَفْعَلْ فَمَا بَلَّغْتَ رِسَالَتَهُ ۚ وَاللَّهُ يَعْصِمُكَ مِنَ النَّاسِ ۗ إِنَّ اللَّهَ لَا يَهْدِي الْقَوْمَ الْكَافِرِينَ
    5-Al-Maidah 75
            
    De Masîh, zoon van Maryam, is niet anders dan een Boodschapper, hij werd waarlijk voorafgegaan door Boodschappers en zijn moeder was een oprechte vrouw. Zij plachten beiden voedsel te eten (net als andere mensen), Zie hoe Wij voor hen de Tekenen duidelijk maakten en zie dan hoe zij (de ongelovigen) zich afwendden.
    مَّا الْمَسِيحُ ابْنُ مَرْيَمَ إِلَّا رَسُولٌ قَدْ خَلَتْ مِن قَبْلِهِ الرُّسُلُ وَأُمُّهُ صِدِّيقَةٌ ۖ كَانَا يَأْكُلَانِ الطَّعَامَ ۗ انظُرْ كَيْفَ نُبَيِّنُ لَهُمُ الْآيَاتِ ثُمَّ انظُرْ أَنَّىٰ يُؤْفَكُونَ
    5-Al-Maidah 81
            
    Indien zij maar in Allah geloofd hadden en in de Profeet en in wat aan hem neergezonden was, dan hadden zij hen niet tot beschermers genomen, maar velen van hen zijn zware zondaren.
    وَلَوْ كَانُوا يُؤْمِنُونَ بِاللَّهِ وَالنَّبِيِّ وَمَا أُنزِلَ إِلَيْهِ مَا اتَّخَذُوهُمْ أَوْلِيَاءَ وَلَٰكِنَّ كَثِيرًا مِّنْهُمْ فَاسِقُونَ
    5-Al-Maidah 109
            
    Op de Dag dat Allah de Boodschappers zal verzamelen en lien dan zal zeggen: ‘Wat was het antwoord (opjullie Boodschap)?’ Zij zeggen: ‘Wij hebben er geen kennis van, voorwaar, U bent de Kenner van het verborgene.’
    ۞ يَوْمَ يَجْمَعُ اللَّهُ الرُّسُلَ فَيَقُولُ مَاذَا أُجِبْتُمْ ۖ قَالُوا لَا عِلْمَ لَنَا ۖ إِنَّكَ أَنتَ عَلَّامُ الْغُيُوبِ
    9-At-Taubah 33
            
    Hij is het Die Zijn Boodschapper heeft gezonden met de leiding en de ware godsdienst, om deze te doen zegevieren over alle godsdiensten, ook al hebben de veelgodenaanbidders er een afkeer van.
    هُوَ الَّذِي أَرْسَلَ رَسُولَهُ بِالْهُدَىٰ وَدِينِ الْحَقِّ لِيُظْهِرَهُ عَلَى الدِّينِ كُلِّهِ وَلَوْ كَرِهَ الْمُشْرِكُونَ
    9-At-Taubah 128
            
    Voorzeker, er is een Boodschapper tot jullie gekomen uit jullie eigen midden. Zwaar voor hem is jullie lijden, vurig wenst hij het goede voor jullie, voor de gelovigen is bij liefdevol en barmhartig.
    لَقَدْ جَاءَكُمْ رَسُولٌ مِّنْ أَنفُسِكُمْ عَزِيزٌ عَلَيْهِ مَا عَنِتُّمْ حَرِيصٌ عَلَيْكُم بِالْمُؤْمِنِينَ رَءُوفٌ رَّحِيمٌ


    Geef een reactie

    Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

    Back to top button
    Close
    Close